dinsdag 20 juni 2023

Het Weernieuws: Zomer begint op 21 juni

Morgen om 16:58 uur staat de zon precies boven de Kreeftskeerkring en dat betekent dat de astronomische zomer van start gaat. Deze dag duurt dan 16 uur en 45 minuten, waarbij de zon in het midden van Nederland opkomt om 05:19 uur en om 22:04 uur weer verdwijnt. Tussen het oosten en westen van ons land zijn die tijden verschillend. In Twente is om 05:09 uur de opkomende zon al zichtbaar, terwijl dat in Den Haag 12 minuten later gebeurt. Zo'n verschil is er ook bij zonsondergang. Het tijdstip waarop de zomer eindigt, en dus de herfst volgens sterrenkundigen begint, is op 23 september om 08:50 uur. 

Als we naar het noorden gaan duurt de dag nog langer. Op de Wadden is het in juni ongeveer een half uur langer licht dan in Zuid-Limburg. Op de breedte van Oslo, Helsinki en Sint Petersburg (60 graden noorderbreedte) duurt de dag ongeveer twee uur langer dan in De Bilt. In het midden van Scandinavië (64 graden noorderbreedte) duurt de dag 21 uur. Verder noordelijk (vanaf 65,44 graden noorderbreedte) gaat de bovenrand van de zon om middernacht enige tijd niet onder. Hier is dus tijdelijk geen zonsondergang meer te zien. We noemen dat de middernachtzon. Het wordt dan gedurende de nachtelijke uren niet donker. Maar ook in Nederland is het tijdens heldere nachten niet helemaal pikdonker. De zon staat momenteel zo hoog aan de hemel, dat zij 's nachts maar net onder de horizon verdwijnt. Bij onbewolkt weer, is de gloed van de zon langs de horizon te volgen. Die gloed beweegt via noordwest en noord naar oost, alwaar de zon wederom opkomt. De gloed is het beste te zien op een punt waar goed overzicht is naar alle richtingen. Tegen middernacht is het in de oostelijke hoek dan duidelijk donkerder dan in het noordwesten.

Door de langere daglengte schijnt de zon op veel plaatsen in Scandinavië, ondanks het vaak wisselvalliger weer, langer dan in ons land. Zo registreert Oslo in juni gewoonlijk zo'n 250 uur zon, terwijl verschillende plaatsen in het zuiden en midden van Zweden en Finland in juni de zon circa 300 uur zon zien. In ons land varieert het aantal zonuren in juni van 200 in het zuiden en oosten tot 230 uur aan de kust. In Antarctica vindt het omgekeerde plaats. Een groot deel van het continent ziet de zon in juni helemaal niet omdat het grootste deel zich binnen de poolcirkel bevindt. Op de Zuidpool zelf duurt de volledige duisternis van 11 mei tot en met 31 juli.

Het moment waarop per definitie de zomer begint wordt ook wel zomerzonnewende of zomerpunt genoemd. In veel landen is de zomerzonnewende een traditioneel feest met optredens en concerten tijdens de Midzomernacht.
 

Volgens de Stichting De Koepel wordt de zomer geleidelijk langer om in het jaar 3500 zijn langste duur te bereiken. De zomer begint wanneer de (geocentrische) lengte van het midden van de zon precies 90 graden bedraagt, en eindigt wanneer de lengte precies 180 graden is. Van jaar tot jaar zijn er echter grote verschillen door de periodieke verandering van de stand van de aardas. Oorzaak is de aantrekkingskracht van de maan en door storingen van de maan en van de planeten op de beweging van de aarde. De astronomische seizoensindeling is gebaseerd op de positie van de aarde ten opzichte van de zon. De seizoensverschillen vinden hun oorzaak in de schuine stand van de as waar de aarde om draait. Hierdoor komt de zon op het Noordelijk Halfrond in de zomer hoger boven de horizon dan in de winter en schijnt de zon in de zomer langer dan in andere jaargetijden.

Om praktische redenen en volgens internationale afspraak gebruiken de weerkundigen voor het berekenen van klimatologische gemiddelden een andere seizoensindeling en worden steeds drie opeenvolgende kalendermaanden als één seizoen beschouwd. Volgens de klimatologische indeling is de zomer al op 1 juni begonnen en duurt het zomerseizoen tot met 31 augustus. Na de langste dag worden de dagen langzaam korter. Op 22 december hebben we dit jaar de kortste dag en zal de zon slechts 7 uur en 43 minuten boven de horizon blijven, want de zon komt dan pas om 08:46 uur op en gaat onder om 16:29 uur. Om precies 04:28 uur begint dan overigens de astronomische winter.

zondag 18 juni 2023

Weersverwachting deze week: 19-23 juni

 Zon en wolken met soms een (onweers)bui 

Het zomerweer dendert maar door. Sinds 6 juni hebben we in onze regio te maken met een reeks zomerse dagen en het houdt niet op. Het leverde gisteren in De Bilt zelfs een nieuw record op. Daar werd op een rij de negende dag met een temperatuur van minstens 25 graden gemeten. Nog nooit is in de eerste zomermaand zo’n lange reeks van zomerse dagen geregistreerd. Het vorige record stond op acht aaneengesloten dagen en dat vond plaats in 1976 van 23 tot en met 30 juni. En dat nieuwe record zal de komende dagen nog worden aangescherpt, want het blijft zomers. Een hittegolf zal het niet opleveren omdat er nog geen drie dagen van 30 graden bij het KNMI zijn gehaald. Dat gebeurde wel op veel Brabantse plaatsen waar de hittegolf vorige week een feit werd. In Tilburg en Berkel-Enschot duurt deze nu al 12 dagen en ook dat is een evenaring van het record uit 2005 toen vanaf 18 t/m 29 juni een hittegolf het midden van Brabant teisterde. Ja, je raadt het al. Ook dit record zal vandaag sneuvelen. Want met een zuid tot zuidoostenwind wordt nog meer warme lucht onze regio ingeblazen. Dat heeft alles te maken met de nadering van een depressie bij Ierland. Deze voert echter niet alleen zeer warme, maar ook vochtige lucht aan waardoor de atmosfeer onstabiel gaat worden. De voorbode ervan zagen we gisteren toen we sluierwolken zagen die in de avond zo dik waren dat de zon er niet meer doorheen kon schijn. Afgelopen nacht verliep dan ook niet meer helder en voor het eerst sinds 7 juni begon deze zondag zonder zonneschijn. 

Inmiddels hebben op deze zondag de eerste neerslaggebieden Zeeland en het westen van Brabant bereikt en trekken verder naar het noorden. Onweer is daarbij nog niet waargenomen. Boven België lag alweer een volgende neerslagzone klaar en die heeft ons rond 11:15 uur bereikt. In Berkel-Enschot vielen de eerste druppels en dat hebben we sinds 15 mei niet meer gezien. Daarmee komt een einde aan een recordlange periode van droogte van 34 dagen. Onweer zit nog niet bij deze buien. De temperatuur liep ondertussen wel op naar de 25 graden. Zodra de buien voorbij zijn wordt het drukkend warm, want dan pas zal de temperatuur echt gaan stijgen en kan het nog tropisch graden worden. In de avond gaan zich buien vormen en nu krijgen we wel met onweer te maken die ook in de komende nacht naar maandag actief zullen zijn. Het wordt met 19 graden ook een broeierige nacht, in het Tilburgs een ‘pleknacht’ geheten. 

Deze weersomslag heeft alles te maken met het verdwijnen van het hogedrukgebied waar we al twee weken van geprofiteerd hebben. Depressies nemen nu de regie over, waarvan er dus eentje voor de kust van Ierland ligt. Dit betekent dat we geen zonnige dagen meer krijgen, maar een afwisseling van zon en wolkenvelden. Op maandag schuift de Ierse depressie naar Schotland, waardoor neerslaggebieden ons net niet kunnen bereiken. Het blijft droog bij temperaturen die naar de 27 graden gaan. Een dag later ligt de depressie bij IJsland, maar heeft nog wel een uitloper op de Noordzee. Dit betekent dat we nu wel te maken krijgen met buien die in de loop van de dinsdag zullen arriveren. Deze kunnen gepaard met onweer. Op woensdag zitten we in een soort niemandsland. Er is een mix van zon en stapelwolken waar een bui uit kan vallen. Met 28 graden is het wel wat warmer. Donderdag ziet er minder warm uit als het kwik niet hoger uitkomt dan een graad of 25. De noord tot noordwestenwind zorgt daarvoor. Deze neemt vanaf de Noordzee meteen wat (onweers) buien mee die in de loop van de dag steeds actiever worden. Oorzaak is een hogedrukgebied op de Atlantische Oceaan dat met grote stappen nadert. Vanaf vrijdag heeft het hogedrukgebied onze regio bereikt en blijven neerslaggebieden op afstand. Wel houden we de afwisseling van zon en wolkenvelden en blijft het nog steeds zomers warm. Het ziet er nu al naar uit dat juni 2023 de warmste junimaand zal worden ooit waargenomen. 

Prettige week!

zaterdag 17 juni 2023

Het Weernieiws: Lente 2023

KOUD, KLETSNAT EN SOMBER 

De kletsnatte lente van 2023 was de op 3 na natste sinds het begin van de metingen. Daarbij viel in maart nog regelmatig sneeuw die soms bleef liggen. Hoewel het vaak koud aanvoelde, verliep de lente met 9,7°C slechts een fractie kouder dan normaal. Desondanks registreerde we zowel de eerste officiële warme dag van 20 graden als de eerste regionale zomerse dag van 25 graden. Ondanks de grote hoeveelheid regen zorgde een zonnige en droge eindsprint ervoor dat de lente niet heel somber verliep. Daarnaast konden we op 13 maart de eerste storm van het jaar noteren. 

TEMPERATUUR

Met een gemiddelde etmaaltemperatuur van 9,7°C tegen een langjarig gemiddelde van 9,9°C was het zeker niet extreem koud. Sterker nog: 30 jaar geleden zou de huidige lente erg warm zijn geweest; toen lag de gemiddelde lentetemperatuur namelijk nog op 8,4°C. Sinds het begin van de metingen in 1901 verliepen maar liefst 98 lentes kouder dan dit jaar. We zijn namelijk gewend geraakt aan warme lentes. Vorig jaar was de lente met een gemiddelde temperatuur van 10,2°C bijvoorbeeld behoorlijk warm. In 2021 was de lente nog een stuk kouder: 8,1°C. Die lente sneeuwde het ook opmerkelijk vaak. De koude lente van dit jaar kwam vooral door april, die met een gemiddelde van 8,7°C tegen normaal 9,8°C koel was. Maart was iets zachter dan normaal met een gemiddelde van 7,0°C tegen normaal 6,5°C. Mei week niet veel af van het langjarig gemiddelde met 13,5°C tegen normaal 13,4°C. In Berkel-Enschot kwam de gemiddelde etmaaltemperatuur van het lenteseizoen uit op 10,7°C tegen normaal (1998-2020) 11,0°C. Dus ook hier was het een kil voorjaar. Overdag werd het gemiddeld 15,4°C (normaal 16,1°C) en in de nachten was dat 6,0°C en dat is precies normaal in de regio van Tilburg. 

Het begin van de lente zette eigenlijk direct de toon voor het hele seizoen. Waarbij we vaak op de grens lagen van koude lucht in het noorden en warmere in het zuiden. Om de haverklap wisselden beide luchtsoort stuivertje in onze omgeving. Op 1 maart startte de meteorologische lente, maar meteen ook ijs- en ijskoud. Op maar liefst 13 weerstations was ’s ochtends sprake van matige vorst, waarbij het in het oosten van het land het koudst werd: -7,6°C in Twenthe, -7,3°C in Deelen en -7,2°C in Eelde. Aan de grond zelfs strenge vorst: -10,1°C in Hupsel en -10,2°C in Twenthe. Dit waren meteen de laagste lentetemperaturen van het seizoen. Een week later op de 8e lagen de kwikstanden in het zuiden overdag net boven het vriespunt en werd het de koudste dag van deze lente. In Woensdrecht bleef de temperatuur steken op 1,5°C, Ell 1,6°C, Eindhoven 1,7°C en Arcen had 1,8°C. In Berkel-Enschot en Tilburg werd het die dag niet warmer dan 2,2°C. Op 11 maart werden de nachten kraakhelder en begon het vrijwel overal te vriezen met -7,3°C in Eelde als laagste temperatuur en aan de grond was dat -8,0°C. En toen was gedaan met de kou. Zowel overdag als in de nacht zaten we in de zachte lucht. Dit zorgde op 17 maart voor een kwikstand van 19,2°C In Tilburg gevolgd door Ell met 18,7°C en Eindhoven en Maastricht met ieder 18,5°C. Vooral de nachttemperaturen waren erg hoog wat zelfs nieuwe warmte-dagrecords opleverden. Op 18 maart registreerde De Bilt als minimumtemperatuur 9,1°C. Op 22, 23 en 24 maart waren de minimumtemperaturen ook nog nooit eerder zo hoog sinds 1901, met respectievelijk 9,2°C, 10,5°C en 9,7°C. Kortom, vier warmterecords. 

Ook april begon koud, waarbij het vanaf 2 tot en met 6 april ergens wel tot lichte vorst kwam. Op 2 april werd het ’s middags in zowel Maastricht als Lauwersoog zelfs niet warmer dan 7,3°C. Op 5 april zakte het kwik in de nacht tot -5,0°C in Eelde en dat is nét geen matige vorst en aan de grond daalde de temperatuur daar tot -9,0°C. Daarna wisselde koude en zachte dagen elkaar steeds af. Opvallend daarbij was dat in het noordoosten het kwik op 21 april voor het eerst dit jaar over de 20 graden ging: Eelde 20,5°C gevolgd door Nieuw Beerta met 20,3°C. En drie dagen later duikelden de temperaturen overal naar maximaal 11 tot 12 graden en keerde de vorst weer terug. Letterlijk wel te verstaan, want Koningsdag startte met -2,8°C in Eelde waarna onze vorst Willem-Alexander Rotterdam in trok. 

In mei zette de afwisseling van koele en warme periode gewoon door. Daarbij vroor het nog in de vroege ochtend van de 3e met -2,2°C in Twenthe. De volgende dag werd het ineens heel warm wat op 4 mei leidde tot de eerste officiële warme dag van het jaar. In De Bilt steeg de temperatuur namelijk naar 22,1°C. Rondom Tilburg werd de eerste regionale zomerse dag van 25 graden geregistreerd. Op 15 mei keerde de kou weer terug van zo’n graad of 15; aan de kust werd het slechts 12 tot 13 graden. Op Hemelvaartsdag, 18 mei, bleef de temperatuur in De Bilt met 15,5°C een tiende van een graad beneden het op 1 januari (nieuwjaarsdag) gemeten maximum, toen het midden in de nacht 15,6°C werd. Het is voor het eerst sinds 1921 dat Hemelvaartsdag kouder is dan Nieuwjaarsdag. En daarna werd het opnieuw warm tot 24 graden op de 21e in Brabant. Een dag later noteerde Hupsel en Twenthe haar eerste zomers dag van 2023 met respectievelijk 25,7°C en 25,6°C. De laatste lentedag was wel een bijzondere, want toen werden de hoogste temperaturen van dit lenteseizoen geregistreerd: Berkel-Enschot 26,6°C, Ell 25,8°C (hoogste temperatuur op een KNMI-station van deze lente), Arcen 25,7°C, Gilze-Rijen 25,3°C en Eindhoven met 25,2°C. In het noorden van het land bleven de temperaturen door de stevige noordoostenwind flink achter. In Hoorn op Terschelling werd het op de laatste meidag slechts 14,0°C

 

In De Bilt werden in deze lente dertien warme dagen waargenomen tegen normaal zeventien. Een zomerse dag van 25 graden of hoger kwam daar helemaal niet voor en normaal valt deze al op 14 mei. En toch mogen we vanaf die 14e al op vier zomerse dagen rekenen. In het oosten en zuiden van het land kwam op 4, 22, 28 en 31 mei de temperatuur lokaal wel boven de 25 graden. Door het ontbreken van veel warme dagen, bleef het aantal mooi-weerdagen onder normaal. De Bilt telt er 13 tegen 20 normaal. Op een mooiweerdag blijft het droog, schijnt de zon meer dan de helft van de tijd en is het warmer dan normaal. Maart en april telden vrijwel geen dagen met mooi weer. Naast warmte hadden we ook te maken met vorstdagen. In De Bilt dook de temperatuur op elf dagen onder het vriespunt tegen twaalf als langjarig gemiddelde. In Berkel-Enschot kwam de teller van warme dagen op zeventien uit (normaal 24), waarvan er drie zomers waren (normaal acht). Vorst kwam daar op negen dagen voor en dat is precies normaal. 

NEERSLAG

De lente van 2023 was kletsnat met gemiddeld over het land 205 mm neerslag tegen een langjarig gemiddelde van 148 mm. In De Bilt viel 223 mm en daarmee komt De Bilt op plaats 11 van natste lentes sinds 1906. In deze eeuw was alleen 2006 natter met 234 mm. Zowel maart als april waren zeer nat. Maart telde landelijk gemiddeld 98 mm tegen 53 mm normaal en in april viel 66 mm tegen 40 mm normaal. Mei begon ook nat met op veel dagen flinke (onweers)buien, maar halverwege de maand werd het droog. De maand eindigde daardoor als een droge maand met in totaal 40 mm neerslag tegen 55 mm normaal. De meeste neerslag viel deze lente in Veenhuizen met 290 mm gevolgd door Braamt (Gld) 282 mm en Prinsenbeek en Zeewolde met ieder 281 mm. Het natste KNMI-station was Eindhoven met 275 mm. Het minst nat was het in Leeuwarden met 168 mm. Op een goede tweede en derde plaats komen Cocksdorp en Amsterdam met respectievelijk 161 en 165 mm. Berkel-Enschot tapte 249 mm af, waarbij 10 maart met 24 mm de natste dag was. Op 32 dagen viel minsten één millimeter, waarvan op acht dagen minstens 10 millimeter. Naast regen werd op drie dagen hagel waargenomen, op vijf dagen onweer en op drie dagen mist. 

In maart regende het elke dag wel ergens of trok een bui over. Soms liepen de neerslaghoeveelheden flink op. Op 8 en 9 maart samen viel in Zuid-Limburg 40 tot 50 mm. En op 10 maart (Achterhoek bijna 40 mm) en ook op de laatste dag werd er op uitgebreide schaal 10 tot 20 mm afgetapt. April begon vooral in het binnenland kletsnat met lokaal meer dan 20 mm regen. Op de avond van tweede paasdag (10 april) trokken vervolgens stevige onweersbuien over het land. Een dag later zorgden die onweersbuien voor opvallend felle inslagen. Bijvoorbeeld vlakbij Emmeloord werd een bliksem met een kracht van 440 kiloampère gemeten, dit is een extreem hoge stroomsterkte voor een blikseminslag. Na de zware onweersbuien bleef het wisselvallig. Op de 21e produceerden stevige onweersbuien in het noordwesten plaatselijk 15 tot 20 mm en op 23 en 24 april viel er in 48 uur tijd op veel plaatsen 20 mm; in het westen zelfs 40 mm. Zo viel er in Hoek van Holland 41 mm regen (32 mm op 23 april en 9 mm een dag later) en dat is een hele maandsom voor april. 

Bevrijdingsdag viel letterlijk in het water toen een buiengebied van zuidwest naar noordoost over het land trok. Er viel zo’n 10 tot 15 mm en plaatselijk zelfs 30 mm. Herwijnen had 16 mm en Lelystad 15 mm. Door dit alles is Bevrijdingsdag 2023 de weerboeken ingegaan al de natste van deze eeuw. Op 6 mei kletterden stortbuien neer boven Friesland en Groningen, waarbij in Haren 55 mm viel binnen één uur. Twee dagen later bracht een wolkbreuk in de avond ten zuiden van Nijmegen in korte tijd 70 tot 80 mm in de regenmeters. Op 15 mei passeerde een koufront met af en toe wat lichte regen en op 16 mei waren er nog wat lichte buitjes in het noordoosten van het land, maar daarna volgde een vrijwel droge tweede helft waarmee de lente eindigde. 

SNEEUW

Op 7 maart had vooral de zuidelijke helft met regen en sneeuw te maken. Verder naar het noorden trokken winterse buien over. Op 8 maart ontstond in het zuiden een sneeuwdek en gaf het KNMI code oranje uit voor Limburg en Noord-Brabant. Op veel plaatsen kwam in de ochtend tijdelijk een laagje van tussen 2 en 5 centimeter te liggen (Tilburg 3 cm). In de Limburgse heuvels groeide de sneeuwlaag tijdelijk tot 12 cm aan in Vaals en 15 cm op het Drielandenpunt. In de nacht en ook op de 9e overdag trokken nieuwe gebieden met regen- en natte sneeuw over het land. Vooral in het midden en noorden kregen er nu mee te maken. In de nacht naar de 10e sneeuwde het in het noorden en werd het daar op diverse plaatsen wit. Overdag beleefden we in Nederland een klassieke winterinval, met regen die in sneeuw overging, een tijdje veel wind en in het midden en noorden een witte wereld. Opnieuw viel 2 tot 6 cm; in het noorden lag tussen 5 en 10 cm. Op de 12e won de zachte lucht en viel in de ochtend nog wel wat natte sneeuw. In de nacht en in de vroege ochtend van de 15e (de dag waarop de verkiezingen voor de provinciale staten en waterschappen werden gehouden) trokken winterse buien over het land die het toch weer hier en daar wit maakten. Op de Vaalserberg kwam een laagje van 5 centimeter te liggen. Op 25 en 26 april trokken winterse buien over het land en lokaak viel hagel, maar ook natte sneeuw. En deze laatste werd waargenomen in Steenwijk en Putten. De sneeuw bleef overigens niet liggen. 

Op 11 dagen viel ergens in deze lente sneeuw (negen dagen in maart en twee in april) tegen 9 dagen normaal. Vorig jaar viel op 7 dagen sneeuw, twee jaar geleden op 14 dagen. In het klimaat van 30 jaar geleden de norm nog 18 sneeuwdagen in de lente. In Berkel-Enschot werd op vier dagen sneeuw gezien, waarbij deze maar op één dag bleef liggen en dat was op 8 maart met 3 cm als maximale sneeuwdek. 

WIND

Op 13 maart waaide het fors. Op Vlieland, de Houtribdijk en bij IJmuiden kwam het tot een uurgemiddelde van windkracht 9. En daarmee was de eerste officiële storm van 2023 een feit. Berkhout noteerde met 108 km/uur de zwaarste windstoot, maar ook op andere plaatsen in het westen en noorden kwam het tot windvlagen boven de 100 km/uur. Op 1 april waaide het stevig met windstoten van 60 km/uur op de Waddeneilanden. Op 12 en 13 april stond er ook vrij veel wind, met zware windstoten in het zuidwestelijk kustgebied tot 83 km/uur in Zeeland op de 12e. Een dag later zakten deze terug tot 76 km/uur en dat is beide windkracht 9. 

ZONNESCHIJN

De lente week met over het land gemiddeld 562 uren zon nauwelijks af van het langjarige gemiddelde van 567 uur. Maart was vrij somber met 120 uren zon tegen 145 uur normaal. April week niet veel af van het langjarig gemiddelde met 191 uur zon tegen 195 uur normaal en mei was zonniger dan normaal met 255 uur tegen normaal 225 uur. Het zonnigst was het in Hoorn op Terschelling met 605 uren zon (normaal 628). Het somberst was het in Beek met 517 uren zon (normaal 528 uur). In De Bilt scheen de zon 571 uur tegen 546 uur normaal. Berkel-Enschot noteerde 561 zonuren tegen 579 normaal. Daarbij werden 11 zonloze lentedagen geteld (normaal 7) en 22 dagen waarbij het zeer zonnig was en dat is het langjarig gemiddelde aldaar.


donderdag 15 juni 2023

Weerspreuk van de week: 16-22 juni

 

Hoort ge in juni de donder kraken,

dan maakt de boer vast goede zaken.

 

Als juni zonnig is,

komt de oogst vroeg.

Weekendweersverwachting: 17-18 juni

 Zomers tot tropisch 

Sinds 6 juni is de temperatuur in onze regio niet meer onder de 25 graden gekomen. In die tussentijd zijn er vanaf 9 t/m 13 juni ook nog eens vijf tropische dagen achtereen geweest en dat betekent dat we kunnen spreken van een hittegolf. En deze duurt, net als in Woensdrecht, dus al tien dagen en weet voorlopig ook niet van ophouden. En daarmee is het de langste regionale hittegolf in de eerste zomermaand ooit. Het oude record stond op 9 dagen en werd waargenomen in juni 1941 in Maastricht. Maar wat nog extra bijzonder is, is de droogte. Vanaf 13 mei is er geen meetbare neerslag meer in Berkel-Enschot gevallen en dat is dus al 34 dagen lang! De laatste keer dat dit gebeurde was in 2007 toen vanaf 1 april t/m 6 mei de regenmeter leeg bleef en dat is dus 36 dagen. Kortom, nog geen droogterecord in het midden van Brabant. Het record in De Bilt is wel gebroken, want dat stond op 33 dagen wat geregistreerd werd in de periode 4 april-6 mei 2007. Daarmee is het officieel de langste periode ooit gemeten zonder neerslag. Pas in de nacht naar maandag worden de eerste druppels verwacht. Dus dat record wordt nog met enkele dagen aangescherpt. 

Door de hitte overdag kon het ’s nachts ook niet echt afkoelen en bleef het kwik steken op 17 tot 18 graden aan het begin van de week. Gisteren en afgelopen nacht was het met een graad of 15 wat koeler. Na het verdwijnen van de wolken vandaag wordt het helder en zakt het kwik de komende nacht naar de 13 graden. Maar niet te vroeg juichen, want om 8:00 uur laat de thermometer op vrijdag al 19 graden zien en stijgt in de middag verder naar zo’n 28 graden. De zon schijnt daarbij volop gevolgd door stapelwolken in de loop van de middag die in de avond weer verdwijnen. 

Het weekeinde staat in het teken van een weersomslag naar drukkend weer. De luchtvochtigheid neemt namelijk toe en dan vooral op zondag. Op dit moment hebben we te maken met hogedrukgebied dat zich verplaatst vanaf Noorwegen naar Finland en daar profiteren we optimaal van. Er zijn periode met zonneschijn, het blijft droog en het wordt zelfs tropisch. Op zaterdag hebben we nog te maken met een noordenwind en blijft het kwik op een graad of 28 steken. Maar als op zondag de wind naar het oosten draait stroomt hete lucht onze regio binnen en kan het 32 tot 33 graden worden. Ondertussen ligt er een depressie op de Atlantische Oceaan bij Ierland en zien we boven Frankrijk onweersbuien ontstaan. Hierdoor is het niet meer zo zonnig en zijn er veel sluierwolken. In de avond wordt de bewolking dikker en in de nacht kunnen de eerste buien met onweer arriveren. Op maandag zien we boven Spanje en Frankrijk een hele optocht van onweersbuien die onze kant opkomen. In de ochtend is het nog droog en wisselen zon en wolken elkaar af. In de middag en avond kunnen de stapelwolken uitgroeien tot buien die met donder en bliksem gepaard kunnen gaan. Met 26 graden is het wel meteen minder warm, maar nog steeds zomers. Van afkoeling is geen sprake, want de hele week ligt het kwik nog steeds op zo’n 27 graden. Ook op dinsdag en woensdag gaan er buien vallen, maar zijn we het onweer wel kwijt. 

Prettig weekend!

zondag 11 juni 2023

Weersverwachting deze week: 12-16 juni

 Hittegolf houdt aan 

Vandaag, 11 juni, zal in onze regio een hittegolf worden geregistreerd. Vanaf afgelopen dinsdag heeft de temperatuur namelijk elke dag de 25 graden bereikt en sinds vrijdag dagelijks de tropische grens van 30 graden. En dat betekent dat er voldaan wordt aan de betekenis van een hittegolf: vijf zomerse dagen achtereen, waarvan drie tropisch. Vanochtend om 9:00 uur bereikte het kwik in Berkel-Enschot al de 25 graden en om 11:00 uur de 29 graden. Het wordt op deze zondag, net als gisteren, daarom een hete dag waarbij het kwik naar zo’n 32 graden zal gaan. Hittegolven in juni komen de laatste jaren steeds meer voor. Zo vond dit fenomeen vanaf 2017 tot en met 2021 jaarlijks plaats in Tilburg en Berkel-Enschot. Alleen vorig jaar gebeurde dat niet en moesten we wachten tot augustus die toen ineens twee hittegolven produceerden. De laatste keer dat een hittegolf in juni plaatsvond was in 2021 vanaf 13 t/m 18 juni, met als hoogste temperatuur 33,0°C op de 18e. Dat het vanaf vrijdag zo warm kon worden heeft alles te maken met de oostelijke wind die warme en droge lucht aanvoerde. En dat komt weer door de aanwezigheid van een hogedrukgebied boven Scandinavië. Hierdoor werd op vrijdag in De Bilt de 25-gradengrens overschreden en daarmee was het de eerste officiële zomerse dag van dit jaar. Normaal valt zo’n dag bij het KNMI op 14 mei, dus bijna een maand te laat. Het werd zo warm in ons land dat ook regionaal de eerste tropische dag van 2023 werd geregistreerd: Woensdrecht, Gilze-Rijen, Eindhoven, Tilburg, Berkel-Enschot en Arcen bereikte allemaal deze waarde. 

Op zaterdag werd op meer plaatsen de tropische grens gehaald, maar nog niet in De Bilt waar de temperatuur bleef steken op 29,8°C. Het werd opnieuw zeer warm dat op veel weerstations zelfs het dagrecord van 10 juni sneuvelde en dan met name in heel Brabant. Berkel-Enschot noteerde 32,7°C, Gilze-Rijen 31,7°C, Woensdrecht 31,6°C, Eindhoven 31,5°C en Volkel 31,0°C. Vandaag gaat dat opnieuw gebeuren en wellicht zelfs het  landelijke record van warmste 11e juni ooit. Dat staat namelijk op 31,4°C waargenomen in 2006 in Hoek van Holland. Bij dit alles schijnt de zon volop gevolgd door wat onschuldige stapelwolken op het einde van de middag. Het blijft droog. 

Na het weekeinde houdt het warme zomerweer aan, maar daalt wel elke dag de temperatuur. Op maandag is het nog een graad of 29, maar daarna zitten we hele week rond de 26 graden. Dat betekent dat de hittegolf aanhoudt omdat de thermometer nog steeds een waarde aangeeft van minstens 25 graden. Het Scandinavische hogedrukgebied komt maar niet van haar plaats en blijft daar tot en met dinsdag liggen. In de loop van woensdag verandert dat als deze een verbinding aangaat met een hogedrukgebied voor de kust van Portugal. Dan draait de wind eerst naar oost tot noordoost en vanaf donderdag naar noord. Minder warme lucht stroomt dan onze regio binnen wat gepaard gaat met stapelwolken. Het blijft wel droog. Daarbij gaan de nachttemperaturen naar beneden en dat maakt het wat aangenamer bij het slapen gaan. Tot in het volgende weekeinde is er nog niets aan de hand. Wel zien we dat er dan boven Spanje depressies ontstaan die in ons pas vanaf 19 juni ons zullen bereiken. Maar dat is nog ver weg en kan er nog van alles gebeuren. Eerst maar eens genieten van het prachtige zomerweer. Vergeet daarbij niet om je goed in te smeren en de planten water te geven. 

Prettige week!

Weerspreuk van de week: 27 juni-3 juli 2025

  Is Sint Pieter (29 juni) helder en klaar, dan wordt het een goed bijenjaar.   Brengt juli hete gloed, zo gedijt september goed.