De zomer van 2022
verraste iedereen met hitte, droogte en volop zonneschijn. Dat heeft vooral te
maken met de lente die warm, vrij droog en zeer zonnig verliep. Normaal
gesproken krijg je dan de afrekening in het daarop volgende seizoen, zijnde de
zomer. Maar ja, wat is normaal tegenwoordig. Deze zomer komt in De Bilt zelfs op
de 2e plaats van warmste én zonnigste zomers ooit sinds 1901. Neerslag
zagen we eigenlijk alleen in juni, want daarna trad de droogte in. Bijzonder
deze zomer was de tornado van Zierikzee op 27 juni.
TEMPERATUUR
Met
een gemiddelde etmaaltemperatuur in De Bilt van 18,6°C tegen 17,5°C normaal was
het de op één na warmste zomer ooit sinds 1901 samen met 2003. Alleen 2018 was
met een gemiddelde van 18,9°C nog warmer. De hele top-5 van warmste zomers zijn
in deze eeuw gerealiseerd. Zo komt 2006 op de 4e plaats met 18,5°C
en 2019 (samen met 1976) op plaats 5 met gemiddeld 18,4°C.
Juni
was met 17,1°C tegen normaal 16,2 °C warm. Zowel de maand als de astronomische
zomer begon koel, waarbij zowel op 2 áls op 21 juni de laagste
minimumtemperatuur van de zomer werd gemeten. Dat gebeurde eerst in Eelde en een
paar weken later in Twenthe met beide een kwikstand van 2,9°C. Op 10 cm hoogte vroor
het op de 2e in Eelde tot -1,0°C. Het kenmerk van deze eerste zomermaand was de
afwisseling van zomerse en tropische dagen tot dagen onder de 20 graden. Op 17
en 18 juni werd het tropisch, waarbij het op die laatste dag meer dan 33 graden
werd in Limburg. Het gevolg was o.a. een tropennacht in Maastricht met 20,0°C. Daarmee
was het de vierde junimaand op rij die een tropennacht bracht.
Juli
was met 18,6°C net iets warmer dan normaal zijnde 18,3°C. En ook deze maand had
een afwisseling van warme en koele periodes. Een goed voorbeeld is wel wat rond
17 juli plaatsvond. Doordat alle bewolking verdween kon het in de nacht van 16
op 17 juli flink afkoelen. In Deelen, Hupsel en Twenthe zakte de temperatuur
tot 5,7°C. Aan de grond werd het allemaal nog kouder
tot 0,5°C in Twenthe. Daarmee werd het zelfs de op één na koudste start van 17
juli ooit waargenomen sinds 1901. De daarop volgende nacht noteerde
Hupsel nog 8,9°C en Hoogeveen 9,8°C. Maar op deze 18e juli steeg het kwik in De
Bilt tot boven de 30 graden en daarmee was de eerste officiële tropische dag
van dit jaar een feit. Op andere plaatsen werd zelfs de 35 graden bereikt. Dat
gebeurde in Westdorpe, Tilburg en Berkel-Enschot. Arcen had nog 34,8°C, Ell
34,7°C en Maastricht 34,3°C. Een dag later werd het allemaal nog heter met
bijna overal temperaturen boven de 35 graden en in de zuidelijke helft was het
puffen geblazen waar de 40 graden net niet werd bereikt. Deze bleef steken op
39,5°C in Maastricht en 39,4°C in Berkel-Enschot waarmee het de hoogste
temperaturen van deze zomer werden. Het was voor de vierde keer dat het kwik
het oude hitterecord van Warnsveld uit 1944 (38,6°C), dat tot de zomer van 2019
bijna 75 jaar standhield, oversteeg. Op maar liefst 9 stations steeg het kwik op
de 19e tot boven 38 graden. Den Helder en Wijk aan Zee boekten een lokaal
hitterecord en in Leeuwarden kwam het tot een evenaring van het lokale
hitterecord. Twaalf stations registreerden de op één na hoogste temperatuur
ooit. Bovendien kwam het in Vlissingen tot 2 tropennachten op rij. Op 18 en 19
juli werd het niet kouder dan respectievelijk 20,1 en 22,2°C. Ook Hoek van
Holland noteerde op 19 juli een tropennacht en de 22,2°C. In Vlissingen leverde
dat uiteindelijk een nieuw landelijk dagrecord op. Nooit eerder was de
minimumtemperatuur ergens in ons land zo hoog op 19 juli. Twee dagen later
werden deze temperaturen overdag gemeten en daalde zelfs op veel plaatsen tot
onder de 20 graden. Daarna werd het weer tropisch en vervolgens weer minder
warm en zo ging dat maar door tot het einde van de maand. Dat geldt ook voor de
nachten. In de nacht van 27 op 28 juli zakte de temperatuur in Eelde en
Hoogeveen tot 6,4°C en 6,3°C. Maar wat dacht je van de temperatuur aan de grond
op tien centimeter hoogte: 2,2°C in Eelde en 2,8°C in Twenthe. Dat is gewoon
koud te noemen.
Dachten
we dat we in juli het hoogtepunt van dit zomerseizoen al hadden gehad met bijna
40 graden, deed augustus daar nog een schepje boven op met twee hittegolven
waarvan één landelijk. Het werd zelfs met een etmaalgemiddelde van 20,0°C de op
twee na warmste augustusmaand sinds 1901 en in het zuiden was het zelfs de
warmste augustus sinds het begin van de waarnemingen. Vanaf de 7e werd een heet luchtkanon op ons afgevuurd die een hittegolf
zou produceren. Deze begon in Berkel-Enschot op 7 augustus en duurde tot en met
16 augustus. In De Bilt werd het ook warmer en warmer en kregen we te maken met
een landelijke hittegolf van 9 tot en met 16 augustus, waarbij van 10 tot en
met 14 augustus alleen maar tropische dagen werden geproduceerd. Sinds 1901 was
het daar de 30e landelijke hittegolf. In een deel van Nederland gaf
het KNMI code oranje uit voor langdurige hitte. Voor 14 augustus werd het in De
Bilt met 32,2°C de warmste ooit waargenomen. Ook landelijk ging het record
eraan en wel door negen weerstations. Gilze-Rijen is nu koploper met een
temperatuur van 33,4°C (vorige dagrecord was 32,5°C uit 1975 in Hoek van
Holland). In Lauwersoog werd zelfs een tropennacht geregistreerd. Daar daalde
het kwik in de nacht van 14 op 15 augustus niet verder dan tot 20,6°C.
Terwijl
op 17 augustus vrijwel overal de hittegolf eindigde bleef deze in Hupsel voortduren
en eindigde pas na 18 dagen. Net niet genoeg voor een plek in de top-3 langste
regionale hittegolven ooit gemeten. De dagen erna herstelde het weer zich tot
22 augustus, want toen kregen we te maken met een tweede hittegolf. Deze was
echter niet landelijk, maar regionaal. Zoals in Tilburg en Berkel-Enschot die
maar vijf dagen duurde (21-25 augustus). Dit leverde op 24 augustus zelfs een
nieuw dagrecord op. In Arcen zagen ze op de thermometer 33,5°C staan. Maar het
was niet de hoogste temperatuur van deze maand. Deze werd een dag later
geregistreerd met 34,2°C op de 25e in Gilze-Rijen. Nog nooit is het ergens in
ons land op 25 augustus zo warm geweest en dat betekent dus wederom een nieuw dagrecord.
In De Bilt steeg het kwik tot 32,6°C en daarmee was het officieel de warmste 25
augustus ooit gemeten.
De
Bilt telde deze zomer 81 warme dagen van minstens 20 graden, tegen 64 normaal.
Alleen de zomer van 2003 telde meer warme dagen, namelijk 83. In augustus was
het elke dag boven 20 graden, een record. Landelijk komt Arcen deze zomer op 91
warme dagen uit tegen 74 normaal voor Limburg. Ook dit is een record,
nooit eerder werden in ons land zoveel warme dagen gemeten. Alleen op 1 juni
werd het in Arcen geen 20 graden. De records van 2003 in Arcen en 2018 in
Gilze-Rijen (beiden 88 dagen) zijn daarmee overtroffen. Dat het een reeks van
91 warme dagen betreft is extra bijzonder, het oude record was een reeks van 65
warme dagen in de zomer van 1995. Het aantal zomerse dagen van 25 graden of
meer kwam in De Bilt uit op 28 tegen 22 normaal. Arcen telde er maar liefst 52
tegen 32 normaal. Alleen in 2018 was dit aantal hoger met 55 zomerse dagen in
Noord-Limburg. Het aantal tropische dagen kwam in De Bilt uit op 9 tegen 5
normaal. Op de Wadden kwam het tot 3 tropische dagen tegen 18 in Arcen.
Vakantiegangers in eigen land hadden dus niks te klagen. Het aantal
mooi-weerdagen is in De Bilt uitgekomen op 38 tegen 33 normaal. Op een
mooi-weerdag is het droog, schijnt de zon meer dan de helft van de tijd en is
het warmer dan normaal.
NEERSLAG
De
zomer van 2022 was een droog seizoen. Landelijk gemiddeld kwam de neerslag uit
op 135 mm tegen normaal 224 mm. Na de kletsnatte juni waren juli en augustus,
met beide gemiddeld maar 23 mm neerslag, zeer droge maanden. De meeste neerslag
deze zomer viel in het Brabantse Veen met 210 mm, gevolgd door Woudenberg met
203 en Hoogeveen en Hollandschveld met ieder 186 mm. De minste neerslag werd
afgetapt in Cocksdorp met 73 mm. Daarna volgen Sluis (85), Winterswijk (93) en
Nijverdal met 94 mm.
De
zomer begon dus zeer nat met een kletsnatte Pinksteren op 5 en 6 juni. De Bilt
ving op Pinksterzondag 25,9 mm op, waarmee het record uit 1945 met 23,3 mm uit
de boeken werd geschreven. Op andere plaatsen was er op die dag sprake van een
zondvloed: Geldermalsen 76 mm, Veghel 65, Budel 64, Waalwijk 61, Herwijnen 56,
St. Hubert 54, Alterweerderheide 51, Eindhoven 48, Arcen 39 en in mijn eigen
Berkel-Enschot werd 38 mm afgetapt. Op amateurstations is in de buurt van
hetzelfde Geldermalsen 95 tot meer dan 100 mm gemeten. Op tweede Pinksterdag
was het noorden van het land de klos. Zo kreeg Uithuizen 33 mm in de
regenmeter, Terschelling 28, Leeuwarden 21, Lauwersoog 20 en Eelde 19 mm. De
Bilt registreerde 11,4 mm, waardoor het totaal van Pinksteren op 37,3 mm kwam.
En dat was niet genoeg om het record van 42,2 mm uit 1945 te breken. Op andere
plekken viel uitzonderlijk veel neerslag. In een strook van Limburg, over het
midden van het land naar Noord-Holland en de Wadden regionaal ruim 50 mm. In
het rivierengebied was de overlast groot en kwam Herwijnen als natste officiële
meting uit de bus met 76 mm. Iets verderop in Geldermalsen en ook in Rosmalen
kwamen officieuze metingen zelfs rond 100 millimeter uit. Nooit eerder werd
zoveel neerslag gemeten tijdens Pinksteren. Ook de dagen daarna bleef het
wisselvallig: op 8 juni viel landelijk gemiddeld zo’n 10 mm, waarbij Marknesse
nog 35 mm opving. In de avond van 23 juni en in de nacht naar 24 juni viel
tijdens zware onweersbuien in Nijmegen 52 mm. Op 25 juni werd in het Zeeuwse
Kapellebrug 56 mm opgevangen en op de 26e viel in Harlingen 34 mm. Op 27 juni
trokken stevige onweersbuien over het (zuid)westelijk kustgebied en liet in
Lisse 39 mm achter en in Wassenaar was er sprake van wateroverlast. In de
middag en avond van 30 juni was het opnieuw raak en trokken opnieuw weer felle
regen- en onweersbuien over het land met zware windstoten. In Denekamp viel 38
mm en in Ruurlosebroek werd een zware windstoot gemeten van 86 km/uur. In
Drenthe werd stormschade gemeld. Wat een begin van de zomer.
En
toen kwamen de twee droge maanden. Op 7 juli vielen er in het noordoosten buien:
Roodeschool had 12 mm, Winsum 9, Veenhuizen 8 en Diever ving nog 7 mm op. Op 21
juli trok een lagedrukgebied over Nederland en toen viel op veel plaatsen 5 tot
15 millimeter, in het noordoosten en zuidwesten meer dan 20 mm. Zeer lokaal
viel door stilhangende plensbuien in het noorden nog veel meer en ontstond
wateroverlast. Op Ameland en in Nieuwolda viel 64 mm, Akamrijp 50 mm en Lemmer had
meer dan 40 mm. Augustus begon met volle regenmeters in het noorden waar in
totaal zo’n 25 mm naar beneden kwam. Verder viel er maar op weinig dagen
neerslag en meestal ging het om lokale buien. Zo viel op 15 augustus in Delft
47 mm. Een dag later trokken zware buien over de kuststrook in het westen met
plaatselijk 30 tot 40 mm. De enige dag met op grote schaal neerslag was op de
17e. Toen trokken in de nacht en ochtend stevige regen- en onweersbuien over
het westen en in de middag waren vooral het noorden, midden en oosten aan de beurt.
In De Bilt viel op die dag 42,8 mm en daarmee werd het officieel de natste 17
augustus ooit waargenomen sinds 1901. Op andere plaatsen kwam het ook met
bakken eruit: Callantsoog had 60 mm, Alkmaar 62, Loenen aan de Vecht 66 en
Vinkeveen kreeg 68 mm in de regenmeter. Daarnaast was er ook sprake van
wolkbreuken, zoals in Zeeland. Daar viel bij het ochtendgloren in een uur tijd
zo’n 50 mm. Ook op 19 augustus viel lokaal meer dan 40 mm, maar dit was weer
zeer lokaal. De rest van de maand bleef het zo goed als droog.
Neerslagtekort
Door
het droge, zonnige en warme karakter van de zomer, is het neerslagtekort
dit groeiseizoen fors opgelopen. Op de laatste dag van de meteorologische zomer
komen we op een landelijk tekort van 297 mm uit. Sinds 1901 was dit tekort aan
het eind van augustus alleen groter in 1921 (300 mm) en in 1976 (361 mm). Op
dit moment is vooral in de Achterhoek en Twente, Limburg, Zeeland en het westen
van Noord- en Zuid-Holland sprake van extreme droogte. Het neerslagtekort
bedraagt regionaal meer dan 350 mm.
TORNADO
Zeer
bijzonder was de tornado die op 27 juni over Zierikzee trok. De tornado, die
vanaf de Oosterschelde kwam, richtte grote schade aan. Daken werden van huizen
gerukt, schoorstenen waaiden eraf, bomen waaiden om, dakpannen vlogen in het
rond en grotere takken braken af. Maar liefst 150 huizen werden beschadigd en
sommigen zijn onbewoonbaar geworden. Een vrouw kwam om het leven en negen
mensen raakten gewond.
ZONNESCHIJN
Met
landelijk gemiddeld 834 uren zon tegen een langjarig gemiddelde van 641 uur was
de zomer extreem zonnig. Het aantal zonuren was een fractie minder dan
in 1976. Dat jaar had met landelijk gemiddeld 837 uur de zonnigste zomer
sinds het begin van onze metingen. Het aantal
uren zomerzon in De Bilt kwam uit op 838 tegen normaal 617 uur. Alleen in de
grote zomer van 1947 scheen de zon nog net iets meer namelijk 840 uur. Met 897,1
uren zonneschijn brak Den Helder het landelijk record zomerrecord uit 1976 toen
Valkenburg (Zuid-Holland) 896,6 zonuren registreerde. Op de meeste stations
werden nieuwe zonnerecords gevestigd. Zo ook in Brabant: Berkel-Enschot
noteerde 827 zonuren (vorige record 778 uit 2018), Gilze-Rijen 817 (vorige
record 804 uit 1976), Eindhoven 812 (vorige record 774 uit 2018) en Volkel had
nog 825 uren zonneschijn waardoor het record uit 2018 met 776 zonuren aldaar
naar de tweede plaats werd gedreven. In o.a. Eelde en Leeuwarden werden geen
records gebroken en bleef het aantal zonuren beperkt tot respectievelijk 751 en
790 zonuren. Nieuw Beerta had van alle stations het minst aantal zonuren in
deze zomer, maar zorgde daar wel voor een nieuw zomerrecord dat voorheen op 738
uren stond uit 1995.