De
winter van 2021/2022 werd voor de winterliefhebbers een debacle. Nauwelijks
sneeuwpret en natuurijs was er niet. Het werd dan ook een zeer zacht
winterseizoen die nat verliep bij een normale hoeveelheid zonneschijn.
Opvallend is dat we zes (!) winterstormen voor onze kiezen kregen.
December
2021 was een spectaculaire maand. We begonnen met een storm, gevolgd door de
eerste sneeuw van het seizoen. Daarna werd het vanaf de 12e tot 21 december
zacht, gevolgd door een ijskoude kerst en we sloten af met een recordwarme 30
december en Oudjaarsdag. Ook was er op enkele dagen sprake van ijzel in sommige
delen van het land. Tenslotte hebben we de zon maar weinig gezien. De start van
januari was eveneens spectaculair met een recordwarme Nieuwjaarsdag die
afgesloten werd met storm Corrie. Daar tussenin was het somber en grijs en
leverde zelfs bijna tien mistdagen op. Heel bijzonder was de plotselinge stijging
en daling van de luchtdruk op 15 januari als gevolg van een ondergrondse
vulkaanuitbarsting aan de andere kant van de wereld. De maand gaat uiteindelijk
de boeken in als een zachte maand die droog en somber verliep. Februari was dit
jaar een zeer zachte maand, waarbij er veel regen viel. Daarnaast was het
onstuimig met als hoogtepunt vier stormen, waarvan drie in een week tijd. Winterweer
ontbrak volledig en leek meer op een herfstmaand. Maar neemt niet weg dat het een
zonnige maand is geworden en dat kwam door de laatste week.
TEMPERATUUR
Met
een gemiddelde etmaaltemperatuur in De Bilt van 5,8°C tegen 3,9°C normaal was
de winter zeer zacht en komt op de zesde plaats van zachtste winters ooit sinds
1901. De vijf zachtste winters vonden allemaal vanaf 1990 plaats. Daarmee is het de negende
zachtste winter op rij, een record. In het verleden was de langste serie acht zachte
winters achter elkaar, namelijk van 1971 tot en met 1978. Daarna volgde de
extreem koude winter van 1979, maar zo’n winter is nu niet meer mogelijk.
Wat dat betreft past afgelopen winter perfect in het plaatje van de nieuwe
Nederlandse winters. Koude winters komen over tientallen jaren niet meer voor,
alleen kortdurende koude perioden met sneeuw en ijs, zoals in februari 2021,
zijn dan nog mogelijk. Maar vaker zal het weerbeeld herfstachtig of al
lenteachtig zijn.
Alle
wintermaanden lieten een hogere temperatuur zien dan gebruikelijk. December verliep
met een gemiddelde etmaaltemperatuur van 5,4°C in De Bilt ruim een graad warmer
dan normaal. Daarmee was het de 11e decembermaand op rij die (veel) warmer dan
normaal was. De temperatuur maakte soms grote sprongen, waardoor het vooral
vlak voor en tijdens de kerst soms even winters was. Januari eindigde op
een 12e plaats in de lijst van warmste januarimaanden sinds 1901 met een
gemiddelde van 5,3°C (normaal 3,6°C). Met een gemiddelde temperatuur van 6,8°C
tegen 3,9°C normaal kwam de sprokkelmaand op een 4e plaats van warmste
februarimaanden ooit. In de periode rond de jaarwisseling werden vier
dagen op rij warmterecords gebroken. Ook werd het regionaal drie dagen op
rij 15 graden of warmer. Sinds de start van de metingen in 1901 was het in de
periode tussen 25 december en 4 januari niet eerder tot 15 graden gekomen. De
hoogste temperatuur van de winter werd dan ook in die periode geregistreerd met
15,5°C op 30 december in Eindhoven. Ook in De Bilt werd met maximaal 13,5°C het
dagrecord uit 1925 verbroken. Verder lag de minimumtemperatuur extreem hoog en
in Westdorpe werd het zelfs niet kouder dan 13,1°C. Nog nooit is ergens in
Nederland zo'n hoge minimumtemperatuur gemeten in december. De laagste
temperatuur die deze winter in het land gemeten werd was -8,7°C. Op 26
december gaf de thermometer dit aan in het noordoost gelegen Nieuw Beerta. Het
vond dus plaats tijdens de kerstdagen en werd hierdoor zelfs de op twee na
koudste kerst deze eeuw. Alleen tijdens de kerstdagen van 2000 en 2010 hadden
we dikkere kleding aan vanwege lagere temperaturen. Ook op Oudjaarsdag was het
extreem zacht. In de nacht werd het in De Bilt al 14,4°C en in Westdorpe 14,6°C.
De warmterecords uit 2017 werden verpulverd, toen werd het respectievelijk 13,7°C
(De Bilt) en 14,5°C (Arcen). Tijdens de jaarwisseling was het in De Bilt 11,1°C,
alleen in 2007 was het nog iets zachter. Nieuwjaarsdag verliep recordwarm met
in De Bilt 13,2°C, tegen 12,9°C in 2012. Maastricht kon met 15,1°C zelfs
een recordvroege lokale lentedag aantekenen. Nog ooit
eerder werden zo vroeg in het voorjaar lentetemperaturen van 15 graden of meer
gemeten in ons land. Ook 2 januari verliep nog nooit zo warm, in Westdorpe werd
het 14,5°C.
In
De Bilt kwam het in deze winter tot 21 vorstdagen (normaal 35), waarvan op 2
dagen matig met minima onder -5 graden (normaal 9 keer). Aan de kust zagen ze
de temperatuur op 6 tot 10 dagen dalen tot onder het vriespunt en in het zuiden
gebeurde dat op 28 vorstdagen. In Vlissingen heeft het deze winter niet
gevroren, iets wat in de vorige eeuw nog nooit is gebeurd en deze eeuw in 2014
en 2020. Er waren in De Bilt geen ijsdagen ofwel dagen waarop het de hele dag
vriest, terwijl we op zes van zulke dagen mogen rekenen. In het noorden was
daar wel sprake van met op enkele stations 3 ijsdagen, zoals in Eelde.
Berkel-Enschot
kreeg met een gemiddelde etmaaltemperatuur van 5,6°C tegen 4,4°C te maken met
een zeer zacht winterseizoen. Overdag werd het gemiddeld 8,9°C (normaal 7,0°C)
en in de nachten was het gemiddeld 2,9°C tegen 1,7°C normaal. De warmste
winterdag was Nieuwjaarsdag toen het kwik naar de 14,0°C ging. Voor de koudste
dag moeten we naar december toen het op de 22e niet warmer werd dan 1,2°C. Een
ijsdag werd in dit seizoen dus niet waargenomen, maar wel 21 dagen met vorst
waarbij het twee keer tot matige vorst kwam. En dat vond plaats op 21 en 22
december met respectievelijk -5,1°C en -5,7°C.
NEERSLAG
De
winter als geheel was aan de natte kant met landelijk gemiddeld 214 mm tegen
204 mm normaal. December en januari liepen aardig in de pas als het om neerslag
ging. Beide maanden waren gemiddeld zelfs iets droger dan het langjarig
gemiddelde, namelijk 49 en 58 mm tegen 75 en 68 mm normaal. Februari was met
107 gemiddeld tegen 56 mm juist zeer nat. In een groot deel van het land viel
ruim meer dan de dubbele hoeveelheid neerslag en kwam op de 4e
plaats van natste sprokkelmaanden ooit. Vooral in Drenthe was het winterseizoen
zeer nat met in Rolde 436 mm, gevolgd door Roderesch 364, Veenhuizen 358 en Roden
had nog 356 mm opgevangen. Het natste KNMI-station was ook in Drenthe te vinden
met in Hoogeveen 288 mm. Het droogst was het langs de kust, waarbij Westdorpe
119 mm aftapte, Honselersdijk 128 en Cocksdorp had 164 mm in de regenmeter.
Berkel-Enschot
was met 194 mm net iets te droog, want het langjarig gemiddelde bedraagt daar
224 mm. De natste dag was 6 februari toen 29 mm werd opgevangen. In totaal werd
op 40 dagen minstens een millimeter afgelezen, waarvan op drie dagen minstens
tien millimeter. Naast regen werd tijdens buien op zes dagen hagel
geregistreerd, op twee dagen onweer en op 14 dagen was het een mistige wereld.
In
december viel vrijwel elke dag wel neerslag, want op slechts vijf dagen bleef
het droog. De meeste regen viel aan het begin van de maand en net na de
kerstdagen.
Op
2 januari viel in Leeuwarden 25 mm. Ook in het zuidoosten viel in de avond en
nacht naar 3 januari ruim 20 mm. Op 5 januari trok een neerslaggebied
zuidwaarts over het land, waarna de wind korte tijd naar het noordwesten
draaide en in kracht toenam. In het zuidwestelijk kustgebied moesten diverse
keringen vanwege hoogwater gesloten worden en liepen enkele kades over. Ook 8
en 9 januari waren natte dagen. In het hele land viel 10 tot 20 mm. Vanaf de 10e viel er weinig regen, slechts af en
toe trok een zwakke storing over het land, die meestal slechts lichte regen of
motregen veroorzaakte. Op de dag van de storm van 31 januari viel 10 tot 15 mm
in het midden van het land en in Deelen 18 mm. De dag van 5 februari
was vooral in het zuiden en oosten kletsnat met 20 tot 40 mm. Deelen tapte 38,4
mm af afgetapt en daarmee werd een nieuw landelijk dagrecord bijgeschreven als
natste 6e februari ooit waargenomen. Zelfs De Bilt had met 24,9 mm een nieuw
dagrecord en daarmee werd het officieel de natste 6e februari ooit sinds 1901. Tien
dagen later was vooral in het noorden en oosten nat toen op de 16e ongeveer 25
mm werd opgevangen. De natste februaridag was 20 februari, want toen viel in
een brede strook van Zuid-Holland naar Groningen 30 tot 40 mm. Maar dat niet
alleen. Nadat storm Franklin in de middag aan land kwam trok in de avond een
felle buienlijn over onze regio. Deze ging gepaard met onweer, hagel en zeer
zware windstoten. In Berkel-Enschot werden tussen 22:30 uur en 22:45 uur 18
donderslagen waargenomen en bliksems die de hemel verlichten. Daarbij viel
hagel wat leidde tot een hageldek die de straten in Tilburg tijdelijk bedekte.
Het leek wel of een pak ijs naar beneden was gekomen. Maar dan de windstoten.
In Cuijck werd op deze buienlijn een windstoot gemeten van 131 km/uur en
tijdens de passage liep het zicht door de neerslag terug naar zo’n 20 meter.
Sneeuw
Door
het vaak zachte weer viel er deze winter weinig sneeuw en dat vond vrijwel allemaal
in december plaats. Op 2, 6, 7 en 25 december vielen de witte vlokken, maar dit
leidde niet tot een sneeuwdek. In Tilburg viel op de 2e in de ochtend natte sneeuw
en daarmee was de eerste sneeuw van het seizoen in Midden-Brabant een feit
geworden. Rond het middaguur vielen er opnieuw sneeuwbuien. Toen Sint en Piet
op 6 december waren vertrokken viel in de avond in Berkel-Enschot regen die
overging in sneeuw. Deze viel daar tot na middernacht die op auto’s en
grasvelden bleef liggen. Het midden en oosten van het land kleurden ’s avonds
laat op 6 december echt wit en kon Zeeland op 10 december ook rekenen
op een wit laagje. Met kerstavond stroomde koude lucht binnen en botste op
Eerste kerstdag met de zachte lucht uit het zuiden.
De regen ging rondom Tilburg daardoor vroeg in de ochtend over in natte sneeuw.
Een sneeuwdek leverde dat niet op en het was nog te donker om het allemaal te
kunnen zien. Gelukkig liet ik op dat moment de honden uit en kon ik het
allemaal waarnemen, want sneeuwval tijdens de kerstdagen blijft speciaal. In
het oosten van Brabant en Limburg zorgde de sneeuwval nog wel voor een wit
waasje op auto’s en gras en was daar sprake van een mini witte kerst. In
januari en februari bleef het beperkt tot plaatselijke sneeuwval. Dat gebeurde
in de nacht van 7 op 8 januari in het noorden van het
land. Zo stond het verkeer even stil op de A3 als gevolg van zware sneeuwval. Natte
sneeuw werd op de 20e gemeld boven de rivieren. Zoals in Utrecht, Wijster,
Doetinchem, Heerenveen, Roodeschool en Hoogeveen. Tenslotte kwamen we op 25
februari in koude lucht en kregen de buien een
winters karakter en gingen gepaard met hagel. In het noorden zelfs met onweer
en natte sneeuw.
In
de drie wintermaanden werd slechts 18 keer in ons land sneeuw waargenomen tegen
33 keer normaal. December en februari telden ieder 7 dagen met sneeuw, januari
slechts 4. De sneeuw bleef zelden liggen, alleen in december was het soms
kortdurend wit. De winter hoort bij de 10 sneeuwarmste winters uit de
geschiedenis. Recent viel in de winter van 2020 nog minder sneeuw (16 keer) en
het record blijft staan op 1989 en 2014 met 11 sneeuwdagen in ons land. In
Berkel-Enschot kwam het tot 4 sneeuwdagen, terwijl 14 van zulke dagen in de
winter normaal is. Tot een sneeuwdek kwam het niet.
IJzel
IJzel
kwam deze winter alleen in december voor en daarvoor werd maar liefst drie keer
code oranje uitgegeven door het KNMI. De eerste keer was op 11 december, toen
regenbuien over een ijskoud Gelderland trokken terwijl de ondergrond
bevroren was. Rond de Veluwe en tussen Nijmegen en Doetinchem leiden deze
regendruppels op een bevroren wegdek plaatselijk tot verraderlijke
gladheid. Op 23 december was het in een groot deel van het midden en
noorden raak en hield de gladheid door ijzel tot in de middag aan. Na een
koud kerstweekend, gold op de 27e code oranje in Friesland, Groningen
en Drenthe. Er gebeurden toen veel ongelukken door de ijzel.
WIND
De
winter was nog niet begonnen of we konden al meteen de eerste winterstorm
noteren. Vlieland scoorde namelijk op 1 december windkracht 9 met maximale
windstoten tot 97 km/uur. In het Groningse Roodeschool werd een schuiver gemeld
van 103 km/uur. In het midden van Brabant waaide het ook hard, maar bleef het
beperkt tot 65 km/uur. In januari moesten we wachten tot de 29e wat leidde tot een onstuimige dag met windstoten tot zo’n 90
km/uur in het noorden van het land. In Friesland en Groningen zorgde dat voor
stormschade, waarbij van het gebouw van de Gasunie panelen loskwamen. Oorzaak
was een stormdepressie, die de Denen ‘Malik’ hadden genoemd. Twee dagen
later kregen we op de 31e een heuse storm met de naam Corrie voor onze kiezen
met een uur lang windkracht 9 in IJmuiden en windstoten tot 110 km/uur. Daarmee
was het de tweede winterstorm van dit seizoen. Op een enkele omgevallen boom in
Midden-Brabant stelde de schade niet veel voor, maar wel langs de kustgebieden
waar bomen omvielen en panelen van gebouwen naar beneden kwamen. Het leverde
zeer hoge waterstanden op waardoor veel sluizen dichtgingen en ook was er
sprake van weggeslagen stranden. En toen kregen we de maand februari die maar
liefst vier stormen kreeg.
Aan de kust en rond het IJsselmeer was het in
de avond van 5 februari stormachtig. Vervolgens nam in de loop van de 6e de
wind verder toe en leidde tot een storm in Vlissingen. Daarbij werden windstoten
gemeten tot 112 km/uur op de Waddeneilanden. Van 16 tot en met 21
februari beleefden we een onstuimige week. In die periode kwam het maar liefst
zes dagen op rij ergens in het land tot tenminste storm, kracht 9. Oorzaak
waren drie stormen die over ons heen raasden. Op 16 februari kregen we te maken
met de storm Dudley. Daarbij werden windstoten gemeten tot 112 km/uur op
Vlieland. In onze regio bleef het beperkt tot 77 km/uur, maar dat is nog wel
kracht 9. Losgevlogen gevelplaten en omgevallen bomen waren het gevolg. Op
Vlieland en in Vlissingen bleef het ook in de nacht van 17 februari nog stormen
met windstoten die opliepen tot opnieuw 112 km/uur op Vlieland. Het Groningse
Lauwersoog zag een schuiver voorbij komen van 115 km/uur. Op de 18e was het de
beurt aan storm Eunice die passeerde. De kust kreeg urenlang
te maken met windkracht 10, zware storm, met uitschieters naar kracht 11. Maar
wat het vooral bijzonder maakte waren de enorme windstoten tot in het
binnenland toe. In Cabauw en op de Houtribdijk (Enkhuizen-Lelystad) werden
windstoten geregistreerd van 145 km/uur. Het meest opvallende is wel de
windstoot in Hoogeveen: 133 km/u. Zo ver in het binnenland is heel
uitzonderlijk. In Brabant kwamen windstoten voor van 115 km/u in Eindhoven tot
119 km/u in Volkel. Rondom Tilburg kwam het tot 100 km/u en dat allemaal bij
maximaal windkracht 8. Al heel snel werd code oranje afgekondigd en voor de
kustgebieden code rood. En terecht, want het was levensgevaarlijk op de weg. Er
werd door de overheid zelfs een NL-alert uitgegeven en dat is voor
weersomstandigheden nog nooit gebeurd. Desondanks vielen er nog vier doden als
gevolg van omgevallen bomen. Daarnaast werden er daken van huizen gerukt,
kantelden vrachtwagens op (snel)wegen en kwam het openbaar vervoer tot
stilstand. Al bij al was dit de zwaarste storm sinds 25 januari 1990.
Een dag later kreeg Vlissingen tijdens buien nog te maken met een windstoot van
129 km/uur en bleef het in de nacht van 19 februari op Texel en Vlieland nog
stormen. Op 20 februari kregen we vervolgens te maken met storm Franklin. Deze
zorgde in de avond bij het passeren van een buienlijn in Cuijck voor een
windstoot van 131 km/uur en liep het zicht door de neerslag terug naar zo’n 20
meter. In de westelijk kustprovincies gold in de avond enkele uren code oranje.
De drie stormen veroorzaakten in ons land in totaal zo’n half miljard euro aan
schade en 5 mensen verloren daarbij het leven door omgevallen bomen.
LUCHTDRUK
Op
13 januari lag boven ons een hogedrukgebied die een
waarde aangaf van 1041,8 hPa en dat leverde een nieuw dagrecord op van hoogste
luchtdruk ooit waargenomen. Heel bijzonder was de avond van 15 januari.
Rond 20:00 uur sprong overal ineens de barometer een
paar millibar omhoog. Oorzaak was de schokgolf van een onderzeese
vulkaanuitbarsting bij Tonga die onze regio na 15 uur bereikte. De Hunga
Tonga-Hunga Ha’apai-vulkaan gooide vanuit de oceaan een aswolk van 30 kilometer
hoog de lucht in. Veel collega-waarnemers zagen dat de luchtdruk zo’n 1,5 hPa
ging oplopen bij de nadering van de schokgolf die na ongeveer een uur met 3 hPa
weer ging dalen nadat de schokgolf voorbij was getrokken. Heel bijzonder dat
een vulkaanuitbarsting aan de andere kant van de wereld invloed heeft op ons.
In de daarop volgende nacht werd overigens een tweede schokgolf gemeten rond
2:30 uur.
ZONNESCHIJN
Met landelijk gemiddeld 220 uren zon tegen een langjarig gemiddelde van
218 uur scheen de zon vrijwel het normale aantal uren. In het zuiden en oosten
was het duidelijk somberder dan normaal; in het noordwesten was het iets
zonniger dan normaal. December en januari waren somber met samen bijna 20
uur te weinig zon. Lang leek het er op dat deze winter een van de somberste zou
worden maar de laatste dagen van februari maakten veel goed. Het zonnigst was
het deze winter aan de noordwestkust met in Den Helder (De Kooy) 254 zonuren. Het
somberst was het in het zuidoosten met in Arcen 177 uur. In zowel De Bilt als
Berkel-Enschot scheen de zon 194 uur, tegen respectievelijk 212 en 222 uur
normaal. Bij dat laatste station werd 35 dagen zonder zonneschijn geregistreerd
en scheen de zon op 13 dagen minstens 80% van de dagcapaciteit. Voor een winter
zijn 30 zonloze dagen en 14 zeer zonnige dagen normaal.