ZEER ZACHT, RECORDNAT en ZEER SOMBER
De winter van 2023-2024 gaat de boeken in als de op
één na natste winter sinds het begin van de metingen. Daarnaast was het
boterzacht en opvallend is dat ondanks alle warmte het een somber winterseizoen
werd. Het meest opvallende waren wel de vier stormen die we over ons heen
kregen.
TEMPERATUUR
Met
een gemiddelde etmaaltemperatuur in De Bilt van 6,3°C tegen een langjarig
gemiddelde van 3,9°C was de winter zeer zacht en eindigt op een gedeelde derde
plaats samen met 2016 sinds 1901. Alleen de winters van 2020 en 2007 waren
zachter met respectievelijk 6,4°C en 6,5°C. In Berkel-Enschot was het iets
minder zacht met een gemiddelde over 24 uur van 6,1°C. Overdag werd het
gemiddeld deze winter 8,6°C (normaal 7,1°C) en in de nachten was dat 3,7°C
tegen 1,8°C normaal. December was meteen al zeer zacht met in De Bilt gemiddeld
6,9°C tegen 4,2°C normaal. Het was de op vier na zachtste decembermaand sinds
1901. Januari viel mee en week minder af van normaal met 3,9°C tegen
een langjarig gemiddelde van 3,6°C. Februari daarentegen was de zachtste
februarimaand sinds het begin van de metingen met een gemiddelde etmaaltemperatuur
van 8,2°C tegen een langjarig gemiddelde van 3,9°C.
De
eerste vier dagen van de winter begonnen meteen met kou zoals een wintermaand
ook hoort. Op 1 december daalde het kwik in Leeuwarden zelfs tot beneden -10
graden en dan spreken we van strenge vorst; het werd daar -10,1°C. Maar als
snel overheerste daarna het zeer zachte weer. De temperatuur bleef, ook in
de nacht, meestal ruim boven nul. Op 6 januari kwam er een einde aan het
zachte weer en brak er een koudere periode aan die tot 21 januari zou duren. Zo
werd op 8 januari de koudste winterdag geregistreerd toen het in Maastricht
niet warmer werd dan -1,9°C. Alleen tussen 11 en 13 januari werd het even
minder koud. ’s Nachts lagen de temperaturen op de meeste dagen onder het
vriespunt, overdag rond of iets boven het vriespunt. In Ell kwam het boven de
verse sneeuw in de nacht van 18 januari met -10,4°C tot strenge vorst en was
daarmee de laagste temperatuur van deze winter. De koudere fase in januari
nodigde regionaal uit tot schaatsen op
(vooral) opgespoten ijsbanen. Het leverde ook de eerste marathon op natuurijs op. Op 21
januari kwam er een abrupt einde aan het koude winterweer door storm Isha en keerde
het zachte weer terug. Dit weer zette zich voort in februari en werd het zelfs
nog warmer. In een zuidelijke stroming werd het op 15 februari in Woensdrecht
zelfs 18,0°C, de hoogste temperatuur in deze winter. En in De Bilt werd het
maximaal 15,5°C. Daarmee was het niet alleen de eerste lentedag van het jaar, er was ook sprake van
een datum-warmterecord. Ook op 23
januari was al sprake van een datum-warmterecord: met 13,4°C in De Bilt
werd het oude record van 12,0°C uit 1971 gebroken.
Niet
eerder telde de meteorologische winter zoveel milde dagen met een
maximumtemperatuur van 10 graden en meer. Op maar liefst 43 dagen steeg het
kwik naar de dubbele cijfers. Het vorige record was 42 dagen en werd gemeten in
de winter van 2007. In de winter van 2016 kwam het tot 39 dagen met een
maximumtemperatuur van 10 graden en meer. Daarnaast telde De Bilt in deze
winter 22 dagen, waarop de temperatuur onder het vriespunt kwam:
vijf in december, veertien in januari en drie in februari. Het
langjarig gemiddelde is 35 vorstdagen. Op 4 dagen daarvan vroor het matig
met temperaturen beneden -5 graden tegen 8 dagen normaal. Tot officiële
ijsdagen, met in De Bilt een temperatuur het hele etmaal onder nul, is het niet
gekomen. Op 17 januari werd het in De Bilt precies 0,0°C en op 9 januari was
het maximaal 0,1°C. Normaal komen in De Bilt in de winter zes ijsdagen voor. De
laatste winter zonder officiële ijsdagen was in 2021-2022. Ook in de winter van
2019-2020, 2015-2016, 2013-2014 en 2006-2007 kwam het niet tot officiële
ijsdagen. Elders in het land werden wel ijsdagen genoteerd. Zowel in Twente als
in Hupsel bleef de temperatuur op vijf dagen het hele etmaal onder nul. Ook op
veel andere meetpunten landinwaarts kwam het tot meerdere ijsdagen. Tilburg en
Berkel-Enschot noteerde 19 dagen met vorst, waarvan vier ijsdagen. De koudste
winterdag was daar die van 17 januari toen het kwik in de middag bleef steken
op -0,7°C. De laagste temperatuur werd een week eerder gemeten toen in de nacht
van 10 op 11 januari de temperatuur zakte tot -7,1°C. Kijken we nog naar de
hoogste temperatuur in dit winterseizoen dan gebeurde dit in het midden van Brabant
op 15 februari met 16,9°C.
NEERSLAG
De
winter was bijna recordnat met landelijk gemiddeld 308 mm tegen 204 mm normaal.
Alleen in 1995 was het natter met 320 mm. De Bilt kon met 347 mm wel een record
bijschrijven en dan spreken we officieel van de natste winter ooit sinds het
begin van de metingen in 1906. Het vorige record stond op naam van 1966
met 338 mm. Alle drie de wintermaanden waren nat: december met gemiddeld
over het land 121 mm neerslag (normaal 78), januari gemiddeld 82 mm (normaal 68)
en februari met gemiddeld 106 mm tegen een langjarig gemiddelde van
58 mm. In het verleden is het slechts zes keer eerder voorgekomen dat er
in de tweede maand van het jaar gemiddeld over het land meer dan 100 millimeter
viel. De zeer natte winter volgde op een zeer natte herfst, waardoor er in de
afgelopen zes maanden al 673 mm is gevallen. Normaal valt er 426 mm in de
twee seizoenen samen. De meeste neerslag in deze winter viel in Zeewolde met
447 mm, gevolgd door Rolde 446, Roden 443, Nijverdal en Veenhuizen ieder 436, Woudenberg
435 en Zuidwolde met 432 mm. Het natste KNMI-station was Deelen
met 409 mm. De regenmeters werden minder gevuld in Westdorpe waar 229 mm
werd opgevangen. Daarna waren het Montfort 238, Maastricht 259, Clinge 263 en
Kapelle met 268 mm.
Vanaf
half oktober regende het vrijwel dagelijks en ook tijdens de wintermaanden
december, januari en februari was het vaak kletsnat. In december was het
kletsnat in grote delen van Gelderland, Overijssel en Drenthe met 160 tot 200
mm. De natste plaatsen waren Arnhem en Enschede met 205 mm. Ook elders in het
land viel op uitgebreide schaal meer dan 100 millimeter. In januari was het
opnieuw nat in vooral het midden en noorden van het land met regionaal meer dan
100 millimeter. In Benschop (Utrecht) viel 129, in Groot-Ammers (Zuid-Holland)
viel 127 en in Woudenberg (Utrecht) 123 mm. In het Gelderse Deelen viel in
januari 122 mm en in december viel daar ook al 188 mm. Ook in februari zijn de
natste plaatsen in het westen, maar ook wederom in het midden van het land te
vinden. In Deelen viel 146 mm en over de gehele winter is in de Gelderse plaats
409 mm gevallen tegen 234 normaal. Niet eerder was het daar zo nat tijdens de
wintermaanden. Het vorige record was 366 mm en werd gemeten in de winter van
1994. Ook elders in Gelderland is deze winter meer dan 400 millimeter gevallen.
Berkel-Enschot
tapte 334 mm af (normaal 231) en daarmee was het ook hier een kletsnatte
winter. Op maar liefst 50 dagen werd minstens één millimeter gemeten, waarvan
10 dagen met minstens tien millimeter. De natste winterdag was die van 24
december toen er 23 mm in de regenmeter verdween. Naast regen werd op één dag
ook onweer gemeld (21 december) en op één dag werd er mist waargenomen en dat
vond op 7 december plaats.
SNEEUW en
IJZEL
De
andere neerslag die naar beneden kwam was in de vorm van sneeuw. Tijdens de
koude periode in de eerste week van de winter viel er in het oosten en noorden
regelmatig sneeuw, terwijl de sneeuw in het westen weinig voorstelde. In de middag
en avond van 3 december trok een front over Nederland naar het oosten waardoor
het vooral in het oosten en zuidoosten wit werd. Daar viel 2 tot 5 cm sneeuw,
zoals in Warffum. In Berkel-Enschot kwam het tot een sneeuwhoogte van 1 cm en
in de avond was daar nog halve centimeter van over. In het noordoosten was het
zo koud dat de sneeuw tot en met de 5e bleef liggen. Ook op de Veluwe bleef
plaatselijk sneeuw liggen. In het noordoosten was het op 5 december en
Pakjesavond een komen en gaan van sneeuwbuien. Daar groeide het sneeuwdek van 7
cm in Veenhuizen tot 9 cm in Bovensmilde. Hierna werd het minder koud en smolt
de sneeuw snel weg. Op 8 december werd het in de ochtend in het noordoosten opnieuw
een tijdje wit, daar viel een paar centimeter sneeuw die echter weer snel
wegsmolt.
Op
7 januari passeerde een neerslaggebied, met in het noordoosten en oosten
(natte) sneeuw. En was er een verrassing op die maandag 8 januari toen
plotseling vanuit het oosten een sneeuwfront over het land trok, waardoor het
in Berkel-Enschot heel even wit werd. Drie dagen later gebeurde opnieuw iets
onverwachts toen in de loop van de middag lichte neerslag viel, terwijl de
grond nog bevroren was. In de avond van de 11e viel dan ook ijzel, motregen en
zelfs wat sneeuw. De wegen werden vooral in het oosten spekglad en leidde tot
tientallen ongelukken, zowel op wegen als op stoepen, en was er zelfs een dode
te betreuren. Pas tegen de avond zagen de weerinstituten dit aankomen en meteen
werd door het KNMI code oranje uitgegeven. In de avond van 13 januari bereikte
een koufront ons land en deze werden in de nacht en ochtend van de 14e gevolgd
door talrijke winterse buien. Ook op 15 en 16 januari vielen er buien met hagel
en sneeuw, waardoor zich plaatselijk een sneeuwdek vormde. En toen natuurlijk
de sneeuwverwachting van 17 januari, waarbij in sommige media zelfs gesproken
werd over een sneeuwbom van wel 40 cm aan sneeuw. Je zag in de aanloop al dat
er niet zoveel centimeters zou vallen, maar wél dat het zou gaan sneeuwen in
Brabant en Limburg. In de Limburgse heuvels viel lokaal zelfs 20 tot 25 cm en op
de Vaalserberg lag op tuintafels zelfs bijna 30 cm. Verder naar het noorden
viel minder sneeuw en in Midden-Limburg en in het zuidoosten van Noord-Brabant
viel 1 tot 5 cm. De neerslagzone trok de gehele dag over België die daar sinds
maart 2013 nog nooit zo’n sneeuwdag hadden meegemaakt. Vervolgens schoof deze
zone door naar Zuid-Limburg. Tenslotte viel in de ochtend van 21 januari ijzel
in het noorden, zoals op Terschelling en in Leeuwarden en Stavoren.
In
Berkel-Enschot viel op 6 dagen sneeuw die op vier dagen voor een sneeuwdek in
deze winter zorgde. Op 15 januari steeg deze tot 2 cm en dat was meteen de
hoogste.
STORM
De
winter kende meerdere stormen. Op 21 december hadden we te maken met storm Pia
en zorgde vooral voor hoge waterstanden op de Noordzee, waardoor alle
stormvloedkeringen aan de kust werden gesloten. Vlieland, Texel en Lauwersoog kregen
een officiële storm van windkracht 9 met zware windstoten tot 119 km/uur. In januari kregen we met drie stormen te maken.
Op 2 januari raasde storm Henk over
het land met in IJmuiden een zeer zware windstoot van 118 km/uur. Op 22 januari
kwam het in de nacht tot storm Isha en
op 24 januari trok storm Jocelyn over
het land. Op 22 februari kwam het net niet tot een officiële storm die nog wel
de naam Louis had meegekregen. Maar zorgde wel voor zeer zware windstoten op de
Houtribdijk met 115 km/uur.
WEERWAARSCHUWINGEN
Op
2 december kwam het tot code oranje door ijzel in Noord- en Zuid-Holland. Door
storm Henk gold op 2 en 3 januari code oranje voor zeer zware windstoten in
Noord-Holland, Friesland, het Waddengebied en het IJsselmeergebied. Op 11 en 12
januari werd code oranje afgegeven voor gladheid door ijzel. De
weerwaarschuwing werd uitgegeven voor de provincies Overijssel, Gelderland,
Noord-Brabant en Limburg. De zeer zware windstoten door storm Isha zorgde op 21
en 22 januari voor code oranje in Noord-Holland en het Waddengebied. Op 22
februari trok storm Louis over de Noordzee en kwam het in ons land tot (zeer)
zware windstoten. Hiervoor gold code oranje.
ZONNESCHIJN
Met
landelijk gemiddeld 173 uren zon tegen een langjarig gemiddelde van 218
uur was de winter zeer somber. December en februari waren daarbij de somberste met
respectievelijk 35 uur tegen 58 normaal en 52 tegen 92 uur normaal.
Januari was met landelijk gemiddeld 86 zonuren tegen 68 zonuren normaal juist
zonnig. Het somberst in deze winter was het in Twenthe met 133 uur zonneschijn.
Het minst somber noteerde Vlissingen waar de zon maar 214 uur zon scheen. In De
Bilt en Berkel-Enschot scheen de zon respectievelijk 146 uur en 177 uur.
Bij dat laatste station werden in dit winterseizoen 27 zonloze dagen geteld
tegen 30 normaal en 8 zeer zonnige dagen tegen 14 normaal.