Wordt het in maart
guur,
dan geeft dat later een
volle schuur.
Oh, maart, wat roert ge
uw staart,
elk is verkouden, hoest
en kucht
en snakt naar zoele,
reine lucht.
Wordt het in maart
guur,
dan geeft dat later een
volle schuur.
Oh, maart, wat roert ge
uw staart,
elk is verkouden, hoest
en kucht
en snakt naar zoele,
reine lucht.
Buiig en guur
Afgelopen woensdag stond de zon precies boven de evenaar en dat betekent dat op het Noordelijke Halfrond de lente begint. En het weer handelde daar meteen naar. Het werd de warmste dag van het jaar tot nu toe met 19,6°C in onze regio. Het Limburgse Ell had 19,5°C en Eindhoven en Arcen ieder 19,2°C. Overigens leverde dat geen dagrecords op, want dat staat voor de start van de meteorologische lente op 23,1°C waargenomen tien jaar geleden in Berkel-Enschot, Eindhoven en Arcen. De zon kreeg daarbij alle kansen afgewisseld met sluierwolken. Deze werden in de loop van de middag zo dik dat we een melkachtige hemel kregen waar de zon nog doorheen probeerde te breken. Die bewolking werd afgelopen nacht alsmaar dikker, waardoor deze donderdag als een sombere 21e maart de boeken is ingegaan. Daardoor gingen de temperaturen ook naar beneden en kwamen vandaag op slechts 12 graden uit. Wat een verschil met gisteren. We hebben te maken met een stormdepressie bij IJsland en deze zet op vrijdag koers naar de kust van Noorwegen. De neerslaggebieden ervan weten ons te bereiken en dan begint het te regenen dat tot in de avond aanhoudt. Daarbij kan meer dan 10 millimeter vallen. Tevens begint de wind aan te trekken en deze brengt ons koude lucht rechtstreeks afkomstig vanaf de poolstreken. Het kwik blijft dan op een graad of 11 steken.
In het weekeinde wordt het allemaal nog kouder en zelfs guur. Dat laatste heeft te maken met de wind die matig tot vrij krachtig wordt. En aangezien de thermometer nog geen 10 graden zal aanwijzen ligt de gevoelstemperatuur op zo’n 5 tot 6 graden! Dit alles gaat ook nog eens gepaard met een komen en gaan van buien afgewisseld met opklaringen. De meeste buien zullen op zaterdag vallen; op zondag beperkt het zich tot een enkele bui en gaat het nog iets harder waaien. Brrrrrrr. De depressie ligt op zondag boven Denemarken, maar is niet meer zo actief. Daardoor nemen de neerslagkansen ook af. Na het weekeinde krijgen we te maken met een lagedrukgebied bij Ierland en die zal ons de hele week gaan bepalen, waardoor we in een zuidelijke stroming terechtkomen. Op maandag is er nog niets aan de hand en keert de rust helemaal terug. De wind neemt af, het blijft droog en de temperatuur stijgt naar de 12 graden. Op dinsdag begint de depressie zich wat uit te breiden, waardoor de bewolking de overhand zal hebben. Daaruit kan een enkele bui vallen. En dan verhuist de depressie op woensdag naar de kust van Normandië en neemt in eerste instantie in kracht toe. Het gaat dan ook flink regenen, maar wordt het met 14 tot 15 graden wel een stuk zachter. Al vrij snel trekt het lagedrukgebied zich terug naar Ierland en komen we opnieuw in wat rustiger vaarwater terecht. Witte Donderdag ziet er dan ook prima uit met een afwisseling van wolken en zonneschijn. Het blijft droog, en het kwik klimt verder omhoog tot 15 graden op Goede Vrijdag en 16 met Pasen. Maar niet alle weermodellen laten het zo warm worden. Sommige laten de temperaturen rond de 10 en 12 graden schommelen. Het paasweer voorspellen blijft moeilijk. Vorige week werd er zelfs nog sneeuw voorspeld en begin deze week was het 22 tot 23 graden. Kortom, het kan met Pasen nog alle kanten op gaan.
Prettig
weekend!
Op 20 maart om 04:06 uur
Sinds 2012 is de start van de astronomische lente op 20 maart en deze gaat op woensdag in om 04:06 uur. En dat is eigenlijk de juiste datum in maart en niet de 21e zoals velen geleerd hebben. In 2011 was dit wel het geval en hoe gek het ook klinkt, dat was uniek. Het was namelijk de tweede keer in deze eeuw dat de lente op die datum begon en meteen ook de laatste. We moeten nu helemaal wachten tot het jaar 2102 (!) als dit seizoen pas weer op 21 maart begint.
WEERBEELD
Het wordt een schitterende opening van lente 2024. De zon schijnt volop, het blijft droog en de temperatuur rondom Tilburg stijgt naar de 18 graden! Vorig jaar was het totaal anders en werd een sombere eerste lentedag. Er was veel bewolking en in de ochtend had het geregend wat nog 2 mm opleverde. Met ruim 10 graden was het maar een kille dag. In 2022 kregen we op 20 maart te maken met regen- en sneeuwbuien in de ochtend. In de middag was het droog en kwam de zon er steeds meer door. Warmer dan een graad of 10 werd het niet. In 2021 was het een prachtig, maar koud begin van de lente. Na lichte vorst in de ochtend, met -4,8°C in Twenthe (aan de grond -8,3°C) en -4,5°C in zowel Eelde als Hupsel, werd het met ruim 10 zonuren een zonnige lentedag. Tegen de avond werd het pas bewolkt en liep het kwik overdag in Berkel-Enschot op naar 10,8°C. In de loop van de avond viel uit die bewolking wat motregen. In 2020 zagen we op de eerste lentedag met 9 graden helemaal geen zon. Het bleef bewolkt waar in de middag en avond wat lichte regen uitviel. In 2019 waren er op deze dag verkiezingen van de Provinciale Staten en Waterschappen en toen eveneens een bewolkte hemel waar rond het middaguur wat lichte regen uitviel. Maar met 13 graden was het wel zacht. In 2018 was het op 20 maart winters. In de ochtenduren lag er op veel plaatsen een dun laagje sneeuw, nadat de temperaturen op enkele plaatsen al flink onderuit waren gegaan. In het oosten van het land werd het in Twenthe en Arcen respectievelijk -5,5°C en -5,0°C. In Brabant waren Gilze-Rijen en Eindhoven het koudst met ieder -4,4°C. Nadat de ochtend nog met bewolking begon werd het daarna een stralende voorjaarsdag met maximaal 9 graden. Zeven jaar geleden hadden we opnieuw een sombere start van de lente. De gehele dag viel er motregen en daarbij was het zo’n 11 graden en de zon zagen we niet. In 2016 was het een fris begin van het lenteseizoen. Er verschenen in de ochtend opklaringen die de temperatuur in Berkel-Enschot deed oplopen naar 10 graden rond het middaguur. In de middag nam de bewolking steeds meer toe gevolgd door wat druppels en motregen in de avond. Het kwik zakte vervolgens terug naar 8 tot 9 graden. In 2015 hadden we een valse start van de lente. De dag begon mistig en nevelig die ook nog eens de gehele dag bleef hangen. Hierdoor konden we geen glimp opvangen van de gedeeltelijke zonsverduistering die in de ochtend plaatsvond. De mist maakte het koud, want op deze eerste lentedag werd het maximaal 5,4°C in Berkel-Enschot en in het Limburgse Arcen werd het niet warmer dan 4,4°C. Toen vervolgens de astronomische lente om 23:45 uur begon, passeerde een uur later een regengebied onze regio.
Wat een contrast met tien jaar geleden die op 20 maart 2014 fantastisch verliep met volop zon en temperaturen die naar de 22 tot 23 graden gingen. Een heerlijk warm begin van de astronomische lente. Maar dat was in 2013 wel anders toen het gewoon winterweer was. Er viel van tijd tot tijd sneeuw en warmer dan 2,0°C werd het niet. De dagen erna werd het kouder en kouder. Tot en met het einde van de maand ging het elke nacht vriezen en overdag was het een graad of 5. Maar door de stevige wind lag de gevoelstemperatuur ver onder het vriespunt. Er werden zelfs waarden gemeten van -10 tot -12 graden in de ochtend. Ongelooflijk! In de jaren ervoor begon de lente zowel in 2011 als 2012 prachtig. De zon scheen volop en deze liet de temperatuur in 2012 naar de 15 graden gaan en in het jaar daarvoor was het nog een graadje warmer. De start was wel koud met in 2012 vorst aan de grond. In 2011 was het nog kouder waar in Twenthe op 21 maart, toen op deze dag de lente begon, net geen matige vorst werd waargenomen en op een kwikstand van -5,0°C bleef steken; aan de grond vroor het zelfs een graad of 8. In 2010 werd de lente ingeluid met regen- en onweersbuien. Dat hadden we vooral te danken aan de hoge temperatuur op die dag: op 20 maart werd het namelijk 18 graden in Berkel-Enschot.
BETEKENIS
De lente van dit jaar zal overigens eindigen op 20 juni om 23:43 uur, want dan begint de astronomische zomer. De astronomische lente begint pas als de zon loodrecht boven de evenaar staat. Voor deze eeuw gebeurde het op de ‘normale’ datum van 21 maart slechts twee keer: namelijk in 2007 en in 2011. Na deze datum kunnen we dus pas in het jaar 2102 de start van de lente op de 21e verwelkomen. Dat betekent dat de lente de komende jaren vrijwel altijd op 20 maart zal aanvangen en in 2048 begint deze zelfs al een dag eerder op de 19e.
Sterrenkundigen rekenen in tropische jaren. Dat staat voor de tijd die verloopt tussen twee opeenvolgende zogenaamde equinoxen (begindatum van de lente of begindatum van de herfst). De lengte van een tropisch jaar is om precies te zijn 365 dagen, 5 uur en 49 minuten. Daardoor valt bijvoorbeeld de astronomische lente jaar na een jaar bijna zes uur later. In 2015 begon de lente om 23:45 uur en dan zou je denken dat zes uur later het in 2016 de dag van 21 maart zou moeten zijn. Maar in dat jaar was 20 maart echter de opening van het lenteseizoen enwel om 05:30 uur. Dat kwam omdat we in dat jaar een schrikkeldag hadden en dan zal de lente een sprong naar achteren maken van één dag. Aangezien vier tropische jaren iets korter duren dan vier jaren van 365,25 dagen zal na iedere vier jaar de lente tevens zo’n drie kwartier vroeger beginnen.
Dag en nacht duren bij het begin van de lente
overal op de wereld even lang en dat betekent dat de zon dan precies boven de
evenaar staat. Vandaar ook dat de astronomische lente tussen 19 en 23 maart kan
beginnen, maar niet exact. In ons land duurt de dag waarop de lente begint
alweer ongeveer 10 minuten langer dan de nacht. Verschillen die het gevolg zijn
van het feit dat de tijdstippen van opkomst en ondergang van de zon betrekking
hebben op de bovenrand van de zon. Bovendien is de zon door breking van stralen
in de atmosfeer nog kort zichtbaar terwijl zij in werkelijkheid al onder is. De
seizoensindeling is gebaseerd op de positie van de aarde ten opzichte van de
zon. De seizoensverschillen vinden hun oorzaak in de schuine stand van de as
waar de aarde om draait. Hierdoor komt de zon op het noordelijk halfrond (waar
ook Nederland ligt) in de zomer hoger boven de horizon dan in de winter en
schijnt daardoor in de zomer langer dan in de winter.
Als de luchttemperatuur direct en alleen op de zon zou reageren dan zou 21
juni, de langste dag van het jaar, ook de warmste dag moeten zijn en precies
midden in de zomer moeten vallen. In werkelijkheid loopt de temperatuur
langzamer op vooral onder invloed van oceanen en zeeën. De opwarming van
zeewater door de zon gaat langzamer dan de opwarming van landoppervlak. Onder
invloed van het nog koude water van de Noordzee begint aan de Nederlandse kust
het warmere seizoen later dan in het binnenland. Als we de seizoensindeling
volledig zouden laten afhangen van de gemiddelde temperatuur op verschillende
plaatsen in het land, kunnen we uitrekenen dat de lente in Zuid-Limburg
gemiddeld eigenlijk al op 9 maart begint en op Terschelling pas op 23 maart.
Om praktische redenen en volgens internationale afspraak gebruiken weerkundigen
voor het berekenen van klimatologische gemiddelden een andere seizoensindeling
en worden steeds drie opeenvolgende kalendermaanden als één seizoen beschouwt.
Volgens de klimatologische indeling is de lente dus al begonnen op 1 maart en
duurt dit seizoen tot en met 31 mei.
Dinsdag en woensdag lenteachtig, daarna afkoeling
Afgelopen donderdag steeg de temperatuur in onze regio naar 18,6°C en daarmee was het de hoogste temperatuur van het jaar tot nu toe en zelfs de warmste 14e maart ooit. De laatste keer dat zo warm werd was op 13 oktober toen we tevens de laatste warme dag van minstens 20 graden konden noteren van 2023. Het werd in Berkel-Enschot toen 22,8°C. Maar die warmte hebben we wel moeten bekopen doordat hoog in de atmosfeer koude lucht kwam aandrijven. Dit resulteerde rondom Tilburg op vrijdagmiddag in buien. Vanuit België trokken zelfs onweersbuien het land binnen en die trokken vanaf Brussel naar het oosten van ons land. Na die buien kwam de kou het land binnen, waardoor het gisteren, zaterdag, niet warmer werd dan een graad of 11. Vervolgens ontstonden in het noordoosten in de avond en nacht opklaringen en koelde het nog verder af. Afgelopen nacht daalde het kwik zelfs tot onder het vriespunt in Eelde (-0,8°C), Twenthe en Nijverdal met ieder -0,3°C en in Wijster waar het -0,2°C werd. Aan de grond op tien centimeter hoogte vroor het op veel meer plaatsten in het oosten en noordoosten. Het koudst werd het in Eelde met -3,9°C. In het midden van Brabant hadden we te maken met bewolking en bleef de temperatuur ruim boven het vriespunt. Deze zondag is droog begonnen, maar is wel met veel bewolking van start gegaan. De zon prikte daar wel iedere keer doorheen. De komende uren zal de bewolking verder toenemen door de komst van een neerslaggebied vanuit het zuidwesten die in de kustgebieden al is gearriveerd. In de loop van de middag zal het onze regio bereiken en tot die tijd is het nog even genieten. Hierdoor kan de temperatuur nog aardig oplopen tot zo’n 14 á 15 graden. Het regengebied hoort bij een lagedrukgebied bij IJsland, waarbij de randen ervan ons weten te bereiken.
Op maandag trekt de depressie zich terug en wat we dan overhouden is een afwisseling van zon en wolken waar nog wel wat druppels uit kunnen vallen. De westenwind is matig en in de zon is het met 15 graden prima uit te houden. De dagen erna wordt het allemaal nog warmer en kan het zowel op dinsdag als woensdag een graad of 18 worden. Dat hebben we te danken aan een hogedrukgebied boven Rusland die de depressie nog verder wegduwt. Het blijft dan ook droog wat gepaard gaat met een mix van wolkenvelden en hoge sluierwolken. Doordat de wind wat afneemt zal het lenteachtig aanvoelen. Een prachtig begin van de astronomische lente die op woensdag om 04:06 uur van start gaat als de zon dan precies boven de evenaar staat. Net als afgelopen week zal dit lenteweer niet lang duren. Bij IJsland zien we op donderdag een nieuwe depressie liggen en deze zet koers naar Scandinavië die in het weekeinde zal aankomen. Daarbij breidt de depressie zich op vrijdag uit tot over onze regio en dan krijgen we te maken met perioden met regen. Met die neerslag wordt het ook niet meer zo warm en blijft op 13 graden steken. Als al die neerslag voorbij is komen we in een noordwestelijke stroming terecht met aanvoer van koude lucht afkomstig vanaf de poolstreken. Temperatuur zakt in het weekeinde dan ook terug tot onder de 10 graden. Tevens vallen er verspreid dan ook nog enkele buien. Ook de nachttemperaturen duikelen naar beneden, waarbij het aan de grond vanaf zondag plaatselijk kan vriezen.
Prettige
week!
ZEER ZACHT, RECORDNAT en ZEER SOMBER
De winter van 2023-2024 gaat de boeken in als de op één na natste winter sinds het begin van de metingen. Daarnaast was het boterzacht en opvallend is dat ondanks alle warmte het een somber winterseizoen werd. Het meest opvallende waren wel de vier stormen die we over ons heen kregen.
TEMPERATUUR
Met een gemiddelde etmaaltemperatuur in De Bilt van 6,3°C tegen een langjarig gemiddelde van 3,9°C was de winter zeer zacht en eindigt op een gedeelde derde plaats samen met 2016 sinds 1901. Alleen de winters van 2020 en 2007 waren zachter met respectievelijk 6,4°C en 6,5°C. In Berkel-Enschot was het iets minder zacht met een gemiddelde over 24 uur van 6,1°C. Overdag werd het gemiddeld deze winter 8,6°C (normaal 7,1°C) en in de nachten was dat 3,7°C tegen 1,8°C normaal. December was meteen al zeer zacht met in De Bilt gemiddeld 6,9°C tegen 4,2°C normaal. Het was de op vier na zachtste decembermaand sinds 1901. Januari viel mee en week minder af van normaal met 3,9°C tegen een langjarig gemiddelde van 3,6°C. Februari daarentegen was de zachtste februarimaand sinds het begin van de metingen met een gemiddelde etmaaltemperatuur van 8,2°C tegen een langjarig gemiddelde van 3,9°C.
De eerste vier dagen van de winter begonnen meteen met kou zoals een wintermaand ook hoort. Op 1 december daalde het kwik in Leeuwarden zelfs tot beneden -10 graden en dan spreken we van strenge vorst; het werd daar -10,1°C. Maar als snel overheerste daarna het zeer zachte weer. De temperatuur bleef, ook in de nacht, meestal ruim boven nul. Op 6 januari kwam er een einde aan het zachte weer en brak er een koudere periode aan die tot 21 januari zou duren. Zo werd op 8 januari de koudste winterdag geregistreerd toen het in Maastricht niet warmer werd dan -1,9°C. Alleen tussen 11 en 13 januari werd het even minder koud. ’s Nachts lagen de temperaturen op de meeste dagen onder het vriespunt, overdag rond of iets boven het vriespunt. In Ell kwam het boven de verse sneeuw in de nacht van 18 januari met -10,4°C tot strenge vorst en was daarmee de laagste temperatuur van deze winter. De koudere fase in januari nodigde regionaal uit tot schaatsen op (vooral) opgespoten ijsbanen. Het leverde ook de eerste marathon op natuurijs op. Op 21 januari kwam er een abrupt einde aan het koude winterweer door storm Isha en keerde het zachte weer terug. Dit weer zette zich voort in februari en werd het zelfs nog warmer. In een zuidelijke stroming werd het op 15 februari in Woensdrecht zelfs 18,0°C, de hoogste temperatuur in deze winter. En in De Bilt werd het maximaal 15,5°C. Daarmee was het niet alleen de eerste lentedag van het jaar, er was ook sprake van een datum-warmterecord. Ook op 23 januari was al sprake van een datum-warmterecord: met 13,4°C in De Bilt werd het oude record van 12,0°C uit 1971 gebroken.
Niet eerder telde de meteorologische winter zoveel milde dagen met een maximumtemperatuur van 10 graden en meer. Op maar liefst 43 dagen steeg het kwik naar de dubbele cijfers. Het vorige record was 42 dagen en werd gemeten in de winter van 2007. In de winter van 2016 kwam het tot 39 dagen met een maximumtemperatuur van 10 graden en meer. Daarnaast telde De Bilt in deze winter 22 dagen, waarop de temperatuur onder het vriespunt kwam: vijf in december, veertien in januari en drie in februari. Het langjarig gemiddelde is 35 vorstdagen. Op 4 dagen daarvan vroor het matig met temperaturen beneden -5 graden tegen 8 dagen normaal. Tot officiële ijsdagen, met in De Bilt een temperatuur het hele etmaal onder nul, is het niet gekomen. Op 17 januari werd het in De Bilt precies 0,0°C en op 9 januari was het maximaal 0,1°C. Normaal komen in De Bilt in de winter zes ijsdagen voor. De laatste winter zonder officiële ijsdagen was in 2021-2022. Ook in de winter van 2019-2020, 2015-2016, 2013-2014 en 2006-2007 kwam het niet tot officiële ijsdagen. Elders in het land werden wel ijsdagen genoteerd. Zowel in Twente als in Hupsel bleef de temperatuur op vijf dagen het hele etmaal onder nul. Ook op veel andere meetpunten landinwaarts kwam het tot meerdere ijsdagen. Tilburg en Berkel-Enschot noteerde 19 dagen met vorst, waarvan vier ijsdagen. De koudste winterdag was daar die van 17 januari toen het kwik in de middag bleef steken op -0,7°C. De laagste temperatuur werd een week eerder gemeten toen in de nacht van 10 op 11 januari de temperatuur zakte tot -7,1°C. Kijken we nog naar de hoogste temperatuur in dit winterseizoen dan gebeurde dit in het midden van Brabant op 15 februari met 16,9°C.
NEERSLAG
De winter was bijna recordnat met landelijk gemiddeld 308 mm tegen 204 mm normaal. Alleen in 1995 was het natter met 320 mm. De Bilt kon met 347 mm wel een record bijschrijven en dan spreken we officieel van de natste winter ooit sinds het begin van de metingen in 1906. Het vorige record stond op naam van 1966 met 338 mm. Alle drie de wintermaanden waren nat: december met gemiddeld over het land 121 mm neerslag (normaal 78), januari gemiddeld 82 mm (normaal 68) en februari met gemiddeld 106 mm tegen een langjarig gemiddelde van 58 mm. In het verleden is het slechts zes keer eerder voorgekomen dat er in de tweede maand van het jaar gemiddeld over het land meer dan 100 millimeter viel. De zeer natte winter volgde op een zeer natte herfst, waardoor er in de afgelopen zes maanden al 673 mm is gevallen. Normaal valt er 426 mm in de twee seizoenen samen. De meeste neerslag in deze winter viel in Zeewolde met 447 mm, gevolgd door Rolde 446, Roden 443, Nijverdal en Veenhuizen ieder 436, Woudenberg 435 en Zuidwolde met 432 mm. Het natste KNMI-station was Deelen met 409 mm. De regenmeters werden minder gevuld in Westdorpe waar 229 mm werd opgevangen. Daarna waren het Montfort 238, Maastricht 259, Clinge 263 en Kapelle met 268 mm.
Vanaf half oktober regende het vrijwel dagelijks en ook tijdens de wintermaanden december, januari en februari was het vaak kletsnat. In december was het kletsnat in grote delen van Gelderland, Overijssel en Drenthe met 160 tot 200 mm. De natste plaatsen waren Arnhem en Enschede met 205 mm. Ook elders in het land viel op uitgebreide schaal meer dan 100 millimeter. In januari was het opnieuw nat in vooral het midden en noorden van het land met regionaal meer dan 100 millimeter. In Benschop (Utrecht) viel 129, in Groot-Ammers (Zuid-Holland) viel 127 en in Woudenberg (Utrecht) 123 mm. In het Gelderse Deelen viel in januari 122 mm en in december viel daar ook al 188 mm. Ook in februari zijn de natste plaatsen in het westen, maar ook wederom in het midden van het land te vinden. In Deelen viel 146 mm en over de gehele winter is in de Gelderse plaats 409 mm gevallen tegen 234 normaal. Niet eerder was het daar zo nat tijdens de wintermaanden. Het vorige record was 366 mm en werd gemeten in de winter van 1994. Ook elders in Gelderland is deze winter meer dan 400 millimeter gevallen.
Berkel-Enschot tapte 334 mm af (normaal 231) en daarmee was het ook hier een kletsnatte winter. Op maar liefst 50 dagen werd minstens één millimeter gemeten, waarvan 10 dagen met minstens tien millimeter. De natste winterdag was die van 24 december toen er 23 mm in de regenmeter verdween. Naast regen werd op één dag ook onweer gemeld (21 december) en op één dag werd er mist waargenomen en dat vond op 7 december plaats.
SNEEUW en
IJZEL
De andere neerslag die naar beneden kwam was in de vorm van sneeuw. Tijdens de koude periode in de eerste week van de winter viel er in het oosten en noorden regelmatig sneeuw, terwijl de sneeuw in het westen weinig voorstelde. In de middag en avond van 3 december trok een front over Nederland naar het oosten waardoor het vooral in het oosten en zuidoosten wit werd. Daar viel 2 tot 5 cm sneeuw, zoals in Warffum. In Berkel-Enschot kwam het tot een sneeuwhoogte van 1 cm en in de avond was daar nog halve centimeter van over. In het noordoosten was het zo koud dat de sneeuw tot en met de 5e bleef liggen. Ook op de Veluwe bleef plaatselijk sneeuw liggen. In het noordoosten was het op 5 december en Pakjesavond een komen en gaan van sneeuwbuien. Daar groeide het sneeuwdek van 7 cm in Veenhuizen tot 9 cm in Bovensmilde. Hierna werd het minder koud en smolt de sneeuw snel weg. Op 8 december werd het in de ochtend in het noordoosten opnieuw een tijdje wit, daar viel een paar centimeter sneeuw die echter weer snel wegsmolt.
Op 7 januari passeerde een neerslaggebied, met in het noordoosten en oosten (natte) sneeuw. En was er een verrassing op die maandag 8 januari toen plotseling vanuit het oosten een sneeuwfront over het land trok, waardoor het in Berkel-Enschot heel even wit werd. Drie dagen later gebeurde opnieuw iets onverwachts toen in de loop van de middag lichte neerslag viel, terwijl de grond nog bevroren was. In de avond van de 11e viel dan ook ijzel, motregen en zelfs wat sneeuw. De wegen werden vooral in het oosten spekglad en leidde tot tientallen ongelukken, zowel op wegen als op stoepen, en was er zelfs een dode te betreuren. Pas tegen de avond zagen de weerinstituten dit aankomen en meteen werd door het KNMI code oranje uitgegeven. In de avond van 13 januari bereikte een koufront ons land en deze werden in de nacht en ochtend van de 14e gevolgd door talrijke winterse buien. Ook op 15 en 16 januari vielen er buien met hagel en sneeuw, waardoor zich plaatselijk een sneeuwdek vormde. En toen natuurlijk de sneeuwverwachting van 17 januari, waarbij in sommige media zelfs gesproken werd over een sneeuwbom van wel 40 cm aan sneeuw. Je zag in de aanloop al dat er niet zoveel centimeters zou vallen, maar wél dat het zou gaan sneeuwen in Brabant en Limburg. In de Limburgse heuvels viel lokaal zelfs 20 tot 25 cm en op de Vaalserberg lag op tuintafels zelfs bijna 30 cm. Verder naar het noorden viel minder sneeuw en in Midden-Limburg en in het zuidoosten van Noord-Brabant viel 1 tot 5 cm. De neerslagzone trok de gehele dag over België die daar sinds maart 2013 nog nooit zo’n sneeuwdag hadden meegemaakt. Vervolgens schoof deze zone door naar Zuid-Limburg. Tenslotte viel in de ochtend van 21 januari ijzel in het noorden, zoals op Terschelling en in Leeuwarden en Stavoren.
In Berkel-Enschot viel op 6 dagen sneeuw die op vier dagen voor een sneeuwdek in deze winter zorgde. Op 15 januari steeg deze tot 2 cm en dat was meteen de hoogste.
STORM
De winter kende meerdere stormen. Op 21 december hadden we te maken met storm Pia en zorgde vooral voor hoge waterstanden op de Noordzee, waardoor alle stormvloedkeringen aan de kust werden gesloten. Vlieland, Texel en Lauwersoog kregen een officiële storm van windkracht 9 met zware windstoten tot 119 km/uur. In januari kregen we met drie stormen te maken. Op 2 januari raasde storm Henk over het land met in IJmuiden een zeer zware windstoot van 118 km/uur. Op 22 januari kwam het in de nacht tot storm Isha en op 24 januari trok storm Jocelyn over het land. Op 22 februari kwam het net niet tot een officiële storm die nog wel de naam Louis had meegekregen. Maar zorgde wel voor zeer zware windstoten op de Houtribdijk met 115 km/uur.
WEERWAARSCHUWINGEN
Op 2 december kwam het tot code oranje door ijzel in Noord- en Zuid-Holland. Door storm Henk gold op 2 en 3 januari code oranje voor zeer zware windstoten in Noord-Holland, Friesland, het Waddengebied en het IJsselmeergebied. Op 11 en 12 januari werd code oranje afgegeven voor gladheid door ijzel. De weerwaarschuwing werd uitgegeven voor de provincies Overijssel, Gelderland, Noord-Brabant en Limburg. De zeer zware windstoten door storm Isha zorgde op 21 en 22 januari voor code oranje in Noord-Holland en het Waddengebied. Op 22 februari trok storm Louis over de Noordzee en kwam het in ons land tot (zeer) zware windstoten. Hiervoor gold code oranje.
ZONNESCHIJN
Met
landelijk gemiddeld 173 uren zon tegen een langjarig gemiddelde van 218
uur was de winter zeer somber. December en februari waren daarbij de somberste met
respectievelijk 35 uur tegen 58 normaal en 52 tegen 92 uur normaal.
Januari was met landelijk gemiddeld 86 zonuren tegen 68 zonuren normaal juist
zonnig. Het somberst in deze winter was het in Twenthe met 133 uur zonneschijn.
Het minst somber noteerde Vlissingen waar de zon maar 214 uur zon scheen. In De
Bilt en Berkel-Enschot scheen de zon respectievelijk 146 uur en 177 uur.
Bij dat laatste station werden in dit winterseizoen 27 zonloze dagen geteld
tegen 30 normaal en 8 zeer zonnige dagen tegen 14 normaal.
Laat het weer zijn zoals het wil,
ontkleed u niet voor
half april.
Dondert het in de maand
maart,
Afkoeling en warmte wisselen elkaar af De astronomische zomer is met stijl begonnen. Terwijl gisternacht om precies 04:42 uur de zon b...