Voor de langste dag (21
juni), dan neemt de zee.
Na de langste dag, dan
geeft de zee.
‘s Nachts veel sterren
aan de lucht,
overdag de was droog,
in een zucht.
Voor de langste dag (21
juni), dan neemt de zee.
Na de langste dag, dan
geeft de zee.
‘s Nachts veel sterren
aan de lucht,
overdag de was droog,
in een zucht.
In de nacht naar zaterdag om 04:42 uur staat de zon precies boven de Kreeftskeerkring en dat betekent dat de astronomische zomer van start gaat. Die dag duurt dan 16 uur en 45 minuten, waarbij de zon in het midden van Nederland opkomt om 05:19 uur en om 22:04 uur weer verdwijnt. Tussen het oosten en westen van ons land zijn die tijden verschillend. In Twente is om 05:09 uur de opkomende zon al zichtbaar, terwijl dat in Den Haag 12 minuten later gebeurt. Zo'n verschil is er ook bij zonsondergang. Het tijdstip waarop de zomer eindigt, en dus de herfst volgens sterrenkundigen begint, is op 22 september om precies 20:20 uur.
Als we naar het noorden gaan duurt de dag nog langer. Op de Wadden is het in juni ongeveer een half uur langer licht dan in Zuid-Limburg. Op de breedte van Oslo, Helsinki en Sint Petersburg (60 graden noorderbreedte) duurt de dag ongeveer twee uur langer dan in De Bilt. In het midden van Scandinavië (64 graden noorderbreedte) duurt de dag 21 uur. Verder noordelijk (vanaf 65,44 graden noorderbreedte) gaat de bovenrand van de zon om middernacht enige tijd niet onder. Hier is dus tijdelijk geen zonsondergang meer te zien. We noemen dat de middernachtzon. Het wordt dan gedurende de nachtelijke uren niet donker. Maar ook in Nederland is het tijdens heldere nachten niet helemaal pikdonker. De zon staat momenteel zo hoog aan de hemel, dat zij 's nachts maar net onder de horizon verdwijnt. Bij onbewolkt weer, is de gloed van de zon langs de horizon te volgen. Die gloed beweegt via noordwest en noord naar oost, alwaar de zon wederom opkomt. De gloed is het beste te zien op een punt waar goed overzicht is naar alle richtingen. Tegen middernacht is het in de oostelijke hoek dan duidelijk donkerder dan in het noordwesten.
Door de langere daglengte schijnt de zon op veel
plaatsen in Scandinavië, ondanks het vaak wisselvalliger weer, langer dan in
ons land. Zo registreert Oslo in juni gewoonlijk zo'n 250 uur zon, terwijl
verschillende plaatsen in het zuiden en midden van Zweden en Finland in juni de
zon circa 300 uur zon zien. In ons land varieert het aantal zonuren in juni van
200 in het zuiden en oosten tot 230 uur aan de kust. In Antarctica vindt het
omgekeerde plaats. Een groot deel van het continent ziet de zon in juni
helemaal niet omdat het grootste deel zich binnen de poolcirkel bevindt. Op de
Zuidpool zelf duurt de volledige duisternis van 11 mei tot en met 31 juli.
Het moment waarop per definitie de zomer begint wordt
ook wel zomerzonnewende of zomerpunt genoemd. In veel landen is de
zomerzonnewende een traditioneel feest met optredens en concerten tijdens de
Midzomernacht.
Zonnig en heet
Terwijl aanstaande zaterdag pas de astronomische zomer van start gaat, is deze de afgelopen week al begonnen. Vorige week vrijdag werd het in onze regio al 35 graden gevolgd door wat lagere temperaturen tot 23 graden op zondag. Maar daarna hebben we alleen maar zomerse temperaturen kunnen meten van minstens 25 graden en dat zijn er dus nu vier van zulke dagen achtereen. Als er nu nog drie tropische dagen van minstens een graad of 30 aankomen kunnen we spreken van een regionale hittegolf. Of dat echt gaat gebeuren is nog de vraag. Het prachtige zomerweer van deze week hebben we alleen maar te danken aan een hogedrukgebied. Dat is vanaf de Atlantische Oceaan via Engeland naar de Noordzee gegaan waar het op deze donderdag nu ligt. De dag begon fris met rondom Tilburg zo’n 13 graden, maar in het noorden was het met plaatselijk 8 graden nog frisser. Het was dan ook kraakhelder en soms ook mistig zoals in Twenthe, De Bilt, Cabauw, Woensdrecht en Westdorpe. Daar ging het kwik aan de grond nog verder onderuit tot 3,8°C in Twenthe. De zon brandde vervolgens alles weg en toen werd het overal zonnig. In de middag verschenen de dagelijks onschuldige stapelwolken die de temperatuur naar de 26 tot 27 graden liet stijgen. Inmiddels zijn deze alweer verdwenen en koelt het de komende nacht verder af tot een graad of 13.
De vrijdag begint zonnig, op wat sluierwolken na, waar overigens de zon gewoon doorheen schijnt. Met een matige oostenwind wordt warme lucht aangevoerd en laat de thermometer een waarde zien van zo’n 26 graden. Inmiddels is het hogedrukgebied opgeschoven naar het noorden van Duitsland en ligt op zaterdag boven het oosten van Europa. De wind draait dan naar het zuidoosten met aanvoer van zeer warme lucht. We krijgen te maken met een compleet zonnige zaterdag, waarbij het kwik naar de 31 graden gaat. Wat een begin van de astronomische zomer die in de nacht van vrijdag op zaterdag om precies 04:42 uur van start is gegaan. Want dat staat de zon precies boven de Kreeftskeerkring. Ondertussen zien we vanaf Groenland een depressie naderen die koers zet naar de Britse Eilanden en daar op zondag aankomt. De randen ervan kunnen ons net raken wat gepaard gaat met veel sluierwolken die in de loop van de dag steeds dikker worden. Met 33 graden wordt het allemaal nog warmer, maar neemt de luchtvochtigheid wel toe. In de avond en nacht naar maandag kan er een regen- en onweersbuien vallen.
Op maandag is de depressie verder getrokken naar Noorwegen. In de ochtend zou er dan nog een buitje kunnen vallen en daar blijft het dan ook bij. Die depressie zorgde ervoor dat de wind naar het zuidwesten draait met aanvoer van minder warme lucht. Het kwik blijft dan ook steken op een graad of 24. Daarna beginnen de temperaturen weer te stijgen en kan het vanaf woensdag weer tropisch warm worden en dat zou wel eens tot het einde van de maand kunnen duren. Kortom, een hittegolf zit er vroeg of laat nog wel in deze maand, maar wanneer is nog onzeker.
Prettig weekend!Prachtig zomerweer
En toen was het wachten op de buien die echter niet in onze regio arriveerden. Dat gebeurde wel op de zaterdag die in de middag wat druppels gaven. Er was ook veel bewolking, waardoor het kwik op een graad of 28 bleef steken. Voordat de buien aankwamen werd het in het oosten overal nog tropisch warm. Wat heet, het werd landelijk de warmste 14e juni ooit! In Twenthe vloog de temperatuur naar de 32,3°C, waarmee het vorige record uit 1980 met 31,7°C in Maastricht naar de tweede plaats is verdreven. Vervolgens kwamen de buien in Limburg en die zorgden gisteravond voor goed gevulde regenmeters met 18 mm in Maastricht en 29 mm in Ell.
Inmiddels zijn we van alle buien af en is deze Vaderdag met veel bewolking van start gegaan. We zijn wel in koelere lucht terecht gekomen, want warmer dan een graad of 24 zal het niet worden. In de loop van de ochtend brak steeds meer de bewolking en dan krijgen we voor de rest van de dag een mix van zonneschijn en wolkenvelden. We krijgen namelijk te maken met een hogedrukgebied dat vandaag op de Atlantische Oceaan ligt en zich heeft uitgestrekt tot over ons land. Vervolgens zullen we de hele week van het hogedrukgebied profiteren omdat het bij ons in de buurt blijft liggen. De zon krijgt dan ook de overhand en dit heeft gevolgen voor de temperatuur. Op maandag is het zo’n 24 graden, maar de dagen erna breekt het zomerweer los met zomerse kwikstanden van minstens een graad of 25. Op donderdag komt het hogedrukgebied boven de Noordzee te liggen, waardoor de wind uit het noordoosten tot oosten komt met aanvoer van nog meer warme lucht. Op vrijdag is het 28 graden en in het weekeinde wordt het hoogtepunt van deze zomerse periode verwacht. En dat is ook meteen het moment dat de astronomische zomer van start gaat (21 juni om 04:42 uur). Op beide dagen halen we plaatselijk de tropische waarde van 30 graden, waarbij op zondag een temperatuur wordt verwacht van een graad of 33! Het kan dan wel wat zwoel worden omdat minder warme lucht in aantocht is. De kans op een regen- en onweersbui neemt dan toe.
Prettige week!
Hoort ge in juni de
donder kraken,
dan maakt de boer vast
goede zaken.
Zorg goed voor de
kinderwagen,
want met St. Vitus (15
juni) komen de vliegen plagen.
Zaterdag tropisch en zwoel, daarna afkoeling
En toen werd het ineens weer warm, zeg maar gerust tropisch! In Tilburg en Berkel-Enschot werd op deze donderdag de 30 graden aangetikt met 30,3°C. Maastricht registreerde 30,0°C en het Zeeuwse Westdorpe had de hoogste temperatuur met 30,7°C. Hiermee werd lokaal de eerste tropische dag van het jaar gemeten. In onze regio was dat al op 1 mei het geval. Gemiddeld genomen valt zo’n dag van minstens 30 graden op een KNMI-station rond 8 juni. Dus we zijn iets te laat. Vorig jaar moesten we wachten tot 26 juni op de eerste tropische dag en in 2023 was dat op 9 juni. In 2022 zelfs al op 18 mei. De meeste vroege lokale dag van minstens een graad of 30 die we in de weerboeken kunnen vinden is die van 21 april 1968 toen het kwik in Venlo naar 32,2°C steeg en in Buchten naar 31,7°C. Rondom Tilburg werd vorig jaar op 25 juni voor het eerst de 30 graden overschreden met 30,4°C. Toen kregen we zelfs te maken met de eerste regionale hittegolf. Want er volgde daarna nog twee tropische dagen en op 23 en 24 juni was het zomers warm. Kortom, vijf zomerse dagen waarvan er drie tropisch zijn en dan is een hittegolf geboren.
De week begon trouwens behoorlijk fris met afgelopen zondag maar 15 tot 16 graden. En vandaag dus bijna het dubbele. Oorzaak van die plotselinge warmte zijn twee weersystemen waar we precies inzitten: een hogedrukgebied bij Scandinavië en een lagedrukgebied boven de Britse Eilanden. Hierdoor ontstaat een krachtige stroming met aanvoer van lucht vanaf Spanje waar gisteren het meer dan 40 graden werd. Dit werd daar afgestraft met zware onweersbuien, waarbij de Spaanse weerdienst maar liefst 23.000 bliksemontladingen registreerde en flinke hagelstenen. De komende uren verdwijnen de sluierwolken, die op het einde van de middag binnendreven. Maar in de nacht verschijnen er stapelwolken, waarvan een enkele uit kan gaan groeien tot een onweersbui. Met 18 graden zal het een warme nacht worden. De vrijdag start met hoge bewolking die in de loop van de dag wordt afgewisseld met stapelwolken. Daarbij loopt de temperatuur op naar 32 tot 33 graden en zal het zwoel aanvoelen. In de loop van de avond groeien de stapelwolken uit tot fikse onweersbuien. Het KNMI heeft dan ook voor onze regio code geel afgekondigd vanaf 23:00 uur tot in de nacht naar zaterdag.
Vervolgens trekken de buien in de nacht verder en wordt het licht bewolkt. Met 18 graden krijgen we de tweede warme nacht achtereen. Het weekeinde staat in het teken van afkoeling. Op zaterdag schijnt de zon in de ochtend volop en kan het al 28 graden worden. In de middag wordt het met een graad of 32 allemaal nog warmer. Echt aangenaam zal het niet worden, want de luchtvochtigheid neemt verder toe. Het gevolg is dat we in de middag al de eerste regen- en onweersbuien kunnen verwachten die flink kunnen uitpakken. Als die buien voorbij zijn komen we in minder warme lucht terecht, waardoor we het op zondag met maximaal 24 graden moeten doen. De nachten worden nu met 14 graden ook wat milder. Na het weekeinde krijgen we prachtig zomerweer voorgeschoteld wat de hele week aanhoudt. De wind draait naar het noordwesten doordat er een hogedrukgebied ten westen van ons komt te liggen. En deze geeft ons veel zonneschijn en kwikstanden van zo’n 25 graden.
Prettig weekend!VRIJ WARM, EXTREEM DROOG en EXTREEM ZONNIG
Het was een bijzonder lenteseizoen waarbij zowel warmte- als kouderecords sneuvelden. Het kwam daarmee op plaats zes van warmste lentes ooit waargenomen. Vervolgens noteerde we de op één na zonnigste lente sinds 1965 en komt dit seizoen op plaats drie van droogste lentes die we ooit gezien hebben.
TEMPERATUUR
Met in De Bilt een gemiddelde temperatuur van 10,9°C tegen een langjarig gemiddelde van 9,9°C was de lente zacht. Daarmee eindigt het voorjaar op de zesde plek van zachtste lentes sinds 1901. Het warmste voorjaar tot nu toe was vorig jaar toen het gemiddelde uitkwam op 11,8°C. Toen waren echter vooral de minimumtemperaturen zeer hoog, dit jaar zijn het vooral de maximumtemperaturen die hoger dan gebruikelijk waren. In Berkel-Enschot kwam de gemiddelde etmaaltemperatuur uit op 12,1°C tegen 11,0°C normaal. Daarbij was het ’s nachts gemiddeld 5,8°C (normaal 5,9°C) en overdag werd het gemiddeld 18,5°C tegen 16,1°C als langjarig gemiddelde over de periode 1998-2023.
Alle drie de maanden waren zachter dan gebruikelijk. Maart was vrij zacht met een gemiddelde temperatuur van 7,1°C tegen een langjarig gemiddelde van 6,5°C. April was zeer zacht, met in De Bilt een gemiddelde temperatuur van 11,5°C tegen een langjarig gemiddelde van 9,8°C. Het was de op vijf na warmste aprilmaand sinds 1901. Mei was met 14,1°C tegen een langjarig gemiddelde van 13,4°C ook vrij zacht. Het voorjaar werd grotendeels gedomineerd door hogedrukgebieden. Daardoor was het overdag vaak zonnig en zacht, maar koelde het ’s nachts onder heldere hemel regelmatig flink af. Hierdoor kregen we te maken met zowel warmte- als dagrecords.
TEMPERATUUR - maart
Op neushoogte kwam het op 1 maart in Eelde en Twenthe tot matige vorst. Maar aan de grond was het bibberen geblazen. Zo noteerde Eelde -9,9°C, Hupsel -9,6°C en Twenthe -8,8°C. In de nacht naar 2 maart werd het op neushoogte in Twenthe en Wijk aan Zee -5,1°C. Aan de grond kwam het op heel veel plaatsen tot matige vorst met Eindhoven en Gilze-Rijen als koude plaatsen met respectievelijk -8,0°C en -8,2°. Op 4 maart ging het op tien centimeter hoogte gewoon door met keihard vriezen. Gilze-Rijen en Eindhoven waren wederom de koudste stations met respectievelijk -8,8°C en -8,6°C. Een dag later vrijwel overal lichte vorst en aan de grond had Gilze-Rijen de laagste kwikstand: -8,3°C. Tenslotte de nacht van 5 op 6 maart, waarbij deze keer Eelde met -7,9°C het koudst was aan de grond. Van 6 tot en met 8 maart werd het echter lenteachtig en steeg de temperatuur tot recordhoogte en werden enkele datum-warmterecords genoteerd. Zo werd in De Bilt het record van 6 maart 1989 geëvenaard, want ook dit jaar werd het op die datum 17,8°C. Een dag later werd het in De Bilt 18,1°C en werd het officieel de warmste 7 maart ooit waargenomen. Landelijk werd het nog warmer. Zo steeg de temperatuur in Berkel-Enschot naar 19,4°C, gevolgd door Arcen (19,2°C), Wijk aan Zee (19,1°C) en ook in Twenthe werd de 19 graden gehaald. Op maar liefst negen stations ging het vorige landelijke record uit 1991, waargenomen in Soesterberg met 18,5°C, eraan. Op 8 maart steeg de temperatuur in Deelen zelfs naar de 20,0°C en daarmee was het de eerste lokale warme dag van het jaar. In De Bilt werd het 19,6°C en werd opnieuw een datum-warmterecord gebroken. Met die 19,6°C was ook het temperatuurrecord over de eerste tien dagen (decade) van maart gebroken. Daarnaast is het in De Bilt niet eerder zo warm geweest zo vroeg in het jaar. Tot de eerste helft van maart zijn temperaturen van 19 graden of meer in De Bilt écht een zeldzaamheid. Dat gebeurde slechts één keer eerder en wel op die 9 maart uit 2014. Tenslotte kwam de gemiddelde temperatuur over de eerste tien dagen in De Bilt overdag uit op 14,7°C tegen 9,1°C normaal, een nieuw record. Na 10 maart daalden de temperaturen en begon het licht te vriezen. Zo dook de temperatuur op 12 maart aan de grond naar -8,8°C in Gilze-Rijen en Eindhoven had nog -7,1°C. In de nacht van 13 maart werd het wat kouder tot -9,0°C in Twenthe. Op de 14e kwam het in Deelen en Gilze-Rijen in de weerhut tot matige vorst met respectievelijk -6,4°C en -6,0°C. Aan de grond vroor het zelfs streng tot -10,7°C in Gilze-Rijen, Eindhoven noteerde -9,1°C en Volkel -9,0°C. Ook in de nacht naar 15 en in de nacht naar 16 maart doken de temperaturen op neushoogte onder het vriespunt. Het noordoosten was het koudst op de 15e met -3,9°C in Nieuw Beerta en -3,7°C in Leeuwarden. Een dag later voor het een stuk harder, waarbij op vier stations matige vorst werd geregistreerd. Zoals in Eelde (-6,7°C) en zelfs aan de kust in Wijk aan Zee (-6,4°C). Daarmee werd het ook de laagste temperaturen van deze lente. Aan de grond was het ijskoud en konden we zelfs een nieuw koude-dagrecord noteren. Ofwel de koudste 16e maart ooit waargenomen op die hoogte. Het record stond op -8,2°C waargenomen in 2003 in Twenthe. Maar Wijk aan Zee, Leeuwarden en Eelde gingen er onderdoor met respectievelijk -8,8°C, -9,1°C en -10,7°C! In de nacht van 18 maart daalde het kwik in Hupsel naar -11,1°C en Eelde had nog -10,5°C. We spreken dan ook van strenge vorst en dat heeft op deze dag nog nooit plaatsgevonden. De daarop volgende nacht brak De Bilt wél het kouderecord aan de grond. De thermometer liet namelijk een waarde zien van -8,1°C, waardoor het oude record uit 2001 met -7,3°C naar de tweede plaats werd gedreven. Hiermee werd het officieel de koudste 19 maart sinds 1901 op tien centimeter hoogte. Landelijk was er geen sprake van een nieuw record ondanks dat het met -9,1°C in Hupsel nog behoorlijk koud werd.
Op 21 maart konden we opnieuw een datum-warmterecord noteren. In De Bilt werd het maar liefst 21,9°C en daarmee was het meteen de eerste officiële warme dag van het jaar. En zo’n hoge kwikstand hebben we op deze dag nog nooit gehad en dus werd het officieel de warmste 21 maart ooit sinds 1901. Met die 21,9°C komt deze op de derde plaats van warmst maartdagen ooit gemeten sinds 1901. De landelijk hoogste temperatuur van maart 2025 werd ook op deze dag genoteerd. Het was zo’n warme dag dat maar liefst 23 (!) weerstations het record braken. In Tilburg werd het maar liefst 23,1°C, Maastricht 22,8° gevolgd door Eindhoven (22,5°C), Arcen (22,4°C) en Volkel met 22,2°C. Vervolgens kregen we op de 27e een koude nacht voorgeschoteld en begon het vrijwel overal licht te vriezen tot -3,4°C in Deelen. Aan de grond was er zelfs sprake van matige vorst. Dit vond plaats in Volkel (-5,5°C), Gilze-Rijen (-6,3°C), Eindhoven (-6,6°C), Twenthe (-6,8°C), Eelde (-7,6°C) en het koudst werd het in Hupsel waar het kwik op tien centimeter zakte tot maar liefst -8,2°C.
TEMPERATUUR - april
Ook in april wisselden koude en warme dagen elkaar af. Zo werd op 3-4 april meer dan 20 graden, terwijl we de dagen erna het met 10 tot 16 graden moesten doen. De nachten waren daarbij fris, waarbij het vanaf 6 april tot en met de 9e wel ergens in het land had gevroren. Zoals op de 7e toen in het noordoosten de temperatuur onder het vriespunt dook tot -2,8°C in Nieuw Beerta en Hupsel. Aan de grond was het helemaal koud: -8,9°C in Hupsel, -8,3°C Eelde, -7,4°C Twenthe, -5,4°C Lelystad en ook in Hoogeveen kwam het tot matige vorst met -5,1°C. Ook in de ochtend van 8 april was het behoorlijk fris met op neushoogte -4,0°C op vliegveld Eelde. Daar vroor het op tien centimeter hoogte tot -7,9°C. Vanaf de 11e werd het zeer warm, waarbij op 12 april in Westdorpe de eerste lokale zomerse dag van het jaar werd geregistreerd: 25,3°C. Landelijk gezien werd het ook de warmste 12e april, want het vorige record stond op 24,8°C uit 1939, waargenomen in zowel Eindhoven als Arcen. Maar op die 12e april 1939 werd het op andere plaatsen nog warmer: 26,6°C in ’s-Heerenberg, Gemert 26,1°C, Wijster 25,8°C en Sittard 25,3°C. Maar omdat deze KNMI-stations zijn opgeheven worden deze niet meer in de recordlijst opgenomen. De daaropvolgende dag werd echter nergens meer de 20 graden bereikt en werd het langs de kust slechts een graad of 14! Daarna werd het langzaam warmer, waarbij op de 15e bijna overal een warme dag werd waargenomen tot wel 24 graden in het noordoosten. Maar dit moesten we wel bekopen met neerslag en aanvoer van koude lucht. Zo lagen de middagtemperaturen op 16 april tussen de 11 en 13 graden! Een dag later was het nog kouder in Limburg: Maastricht noteerde slechts 8,5°C. In het noorden had het tegen zonsopkomst zelfs nog gevroren met in Leeuwarden en Eelde ieder -1,0°C. Op 19 en 20 april klom de temperatuur langzaam uit het dal tot ruim 19 graden in het zuidoosten, behalve in het noorden waar het kwik bleef steken op zo’n 10 tot 12 graden. En dat verschil tussen het noorden en zuiden hield aan tot en met de 22e. Op 24 april was het vrij koel met temperaturen tussen 11 en 14 graden. Vanaf de 25e klom het kwik langzaam omhoog met vanaf 27 april een reeks warme dagen dat tot het einde van de maand zou duren. Op de 29e werd plaatselijk de 25 graden aangetikt, zoals in Berkel-Enschot. Maar de warmste dag van de maand werd tot de laatste dag bewaard: 27,4°C. Het warmste KNMI-station was Woensdrecht waar de thermometer 26,3°C aantikte, gevolgd door Eindhoven en Westdorpe met respectievelijk 26,2°C en 26,1°C. Ook in De Bilt werd de 25 graden overschreden en daarmee werd de eerste officiële zomerse dag van dit jaar geregistreerd.
TEMPERATUUR - mei
De maand begon zeer warm, waarbij het in Westdorpe 29,5°C werd en dat was meteen de hoogste temperatuur van deze lente. Een dag later kregen we landelijk gezien de warmste 2e mei ooit gemeten. In Arcen, Ell en Eindhoven steeg de temperatuur respectievelijk naar 28,5°C, 28,5°C en 28,4°C. Daarna draaide de wind geleidelijk naar het noorden en begonnen de temperaturen te dalen tot onder normaal voor de tijd van het jaar. Zo werd het op 4 mei niet warmer dan een graad of 15 en op Terschelling bleef het kwik steken op 11,5°C. Ook Bevrijdingsdag was met 15 graden veel te fris en in Lauwersoog en Terschelling kwamen niet verder dan zo’n 12 graden. Ook ’s nachts werd het koud, waarbij het in de ochtend van de 5e mei plaatselijk licht had gevroren. Hupsel noteerde -0,1°C, Woensdrecht -0,4°C, Deelen -1,3°C en in Twenthe werd het -1,4°C en daarmee werd de laagste temperatuur van de bloeimaand geregistreerd. Aan de grond kwam het op tien centimeter zelfs tot matige vorst: -6,5°C in Hupsel en -5,8°C in Twenthe. Een dag later werd het op neushoogte in Eelde -0,7°C en dat was de laatste keer in deze lente dat het ergens in het land tot vorst kwam in de weerhut. Daar werd het aan de grond -4,3°C gevolgd door Hupsel met -1,6°C en Hoogeveen met -1,5°C. De dagen erna werd het steeds zachter en leidde tijdens de IJsheiligen van 11 t/m 14 mei tot maar liefste drie zomerse dagen van minstens 25 graden. Zo noteerde Tilburg achtereenvolgens 27,3°C (11 mei), 26,6°C (12 mei) en 25,7°C op de 13e. Vervolgens daalde de temperatuur weer tot waarden rond het langjarig gemiddelde van een graad of 20. In de nacht van 15 op 16 mei werd het helder en had het aan de grond gevroren. Woensdrecht en Eelde registreerde ieder -3,5°C gevolgd door Gilze-Rijen -3,3°C, Eindhoven en Twenthe met ieder -2,2°C, Hupsel had -2,1°C, Deelen -1,0°C. Op 19 en 20 mei steeg de temperatuur nog naar de 24 graden, maar de dagen erna moest je de jas weer aan met temperaturen die tussen de 13 en 15 graden uitkwamen. In de ochtend van 24 mei had het aan de grond wederom licht gevroren. Dat gebeurde in Hupsel, Eelde, Ell, Twente en Deelen. In Hupsel was het met -3,3°C de koudste plaats. Vanaf de 25e nam de temperatuur geleidelijk weer toe tot waarden die gebruikelijk zijn voor de tijd van het jaar. De maand eindigde met twee zomerse dagen tot 28,2°C op de laatste meidag.
In totaal telde de lente in De Bilt 13 dagen waarop het heeft gevroren tegen normaal twaalf. Dit jaar waren de meeste vorstdagen voor Eelde waar de temperatuur in 28 nachten tot onder nul daalde. Twente noteerde 23 vorstdagen en Hupsel en Nieuw-Beerta 22. Met in totaal 61 zachte dagen (tot en met 31 mei) met een maximumtemperatuur in De Bilt van 15 graden en meer, is sprake van een record. In 2007 telde de lente 59 zachte dagen en in 2011 kwam het tot 58 dagen met tenminste 15 graden in De Bilt. Sinds 1 maart kwam het in De Bilt tot 84 milde dagen met een maximumtemperatuur van 10 graden of meer. Dat is net geen record, want dat blijft 87 dagen en werd gemeten in 2014. In 1943 kwam het in de lente tot 86 milde dagen en vorig jaar, 2024, werden 85 dagen genoteerd met tenminste 10 graden. Daarnaast telde De Bilt 21 warme dagen van minstens 20 graden, waarvan er vier zomers waren met minstens 25 graden. Normaal zijn dit er respectievelijk zeventien en vier. In Berkel-Enschot kwam men tot 37 warme dagen, waarvan er 10 zomers waren en één tropisch. De warmste dag was die van 1 mei toen het 30,3°C werd en de koudste was in maart toen het op 1 maart maar 6,1°C was. De laagst temperatuur werd in de ochtend van 3 maart geregistreerd: -3,4°C.
NEERSLAG
De lente was zeer droog met gemiddeld over het land 68 mm neerslag tegen een langjarig gemiddelde van 148 mm. Het was daarmee de op twee na droogste lente sinds tenminste 1906. Alleen in 2011 en 1976 was het droger met respectievelijk 49 en 61 mm neerslag. Maart was zeer droog met gemiddeld over het land 6 mm neerslag tegen normaal 53 mm. Daarmee was het de droogste maart sinds het begin van de metingen in 1906. April was met 30 mm iets minder droog dan de 40 mm normaal. In april waren de verschillen in het land echter groot: met 50 tot 80 mm was het in het uiterste (zuid)oosten en rond de Veluwe aan de natte kant, terwijl de maand in het noordwesten en langs de (zuid)westkust met nog geen 10 mm juist bijzonder droog was. Mei was met gemiddeld 32 mm neerslag tegen een langjarig gemiddelde van 55 mm ook droog.
De meeste neerslag viel in Limburg met in Horst 133 mm, gevolgd door Wanssum 118, Well 117 en Siebenwald 115 mm. Het droogst was het in het westen van het land, met in Spanbroek 32 mm, Den Helder (De Kooy) 36 mm en het Zeeuwse Clinge had nog 39 mm in de regenmeter. De natste Brabantse stations in dit voorjaar waren Sambeek met 109 mm, gevolgd door Vortum-Mullen (106 mm) en St. Anthonis met 104 mm. De minste neerslag werd in Berkel-Enschot afgetapt: 54 mm. Daarna volgen nog Steenbergen en Etten-Leur met respectievelijk 57 en 60 mm. In De Bilt viel 69 mm neerslag. De natste dag in Berkel-Enschot was die van 24 april toen er 16 mm in de regenmeter verdween. Naast regen werden er op dat station nog zeven dagen met mist geregistreerd en geen enkele sneeuw- en hageldag. Dat laatste is bijzonder omdat we op respectievelijk drie en vijf van zulke dagen mogen rekenen.
NEERSLAG - maart
De eerste tien dagen waren in het hele land droog. Dus ook in De Bilt, waardoor het droogterecord geëvenaard werd met die van maart 1976. Daarna trokken lichte buien met name over het noorden en langs de kust. Rondom Tilburg vielen er wat druppels op 12, 13 en 23 maart. Neerslag die te meten was zagen we pas op de 25e toen Berkel-Enschot 1,9 mm opving.
NEERSLAG - april
Vooral de eerste twee weken van april waren kurkdroog, maar daarna viel regelmatig neerslag van betekenis. Dit zorgde voor de droogste eerste decade (tien dagen) van april ooit samen met 1906, 1974 en 2017. Van 15 t/m 18 april hadden we te maken met een golvende frontale zone, waaruit het vooral in de oostelijke helft langdurig regende met op veel plaatsen 20 tot 30 mm. Op de 15e ontstonden in de middag en later in de avond onweersbuien en brachten veel neerslag met zich mee. Groningen ving 32 mm op, Stedum 25, Winsum 23, Paterswolde 22 en Roodeschool tapte nog 20 mm af. Tijdens Pasen viel over beide dagen 18,2 mm en het merendeel viel op paasmaandag 21 april. Op 23 en 24 april viel er met uitzondering van de westkust en het noordwesten 5 tot 15 mm en in het oosten regionaal 20 tot 30 mm. Op de 23e viel in het Gelderse Zieuwent 30 mm; Heusden-Vesting tapte binnen een uur 13 mm af. Op 24 april regende het meer dan 15 uur lang rondom Tilburg wat 16 mm opleverde. Gilze-Rijen ving 18 mm op en dat leverde een nieuw Brabants neerslag-dagrecord op, want nog nooit is in onze provincie op de 24e zoveel neerslag opgevangen. Maar in Drenthe, Overijssel en Flevoland werd nog meer gemeten. Zo ving Emmen 28 mm op, Zwolle, De Wijk en Steenwijk ieder 25 mm, Wijster 24, Diever 22 en Hoogeveen en Hardenberg 20 mm. De laatste zes dagen van de maand was het opnieuw droog.
NEERSLAG - mei
Veruit de meeste regen viel in de laatste tien dagen van de maand. Vanaf de 22e werd het wisselvalliger, met vooral op de 24e en 27e langdurig regen. Op 24 mei registreerde Tilburg 7 mm. In het Zeeuwse Wilhelminadorp werd 11 mm opgevangen, gevolgd door Hoek van Holland, Vlaardingen en Schiedam met ieder 10 mm. De dag van 27 mei was de natste van de maand, waarbij er viel gemiddeld 15 mm naar beneden kwam. Op 31 mei trokken enkele stevige onweersbuien over het (zuid)oosten van het land. Daar was sprake van noodweer toen hagelbuien het midden en zuiden van Limburg teisterden. Daar kwamen hagelstenen naar beneden met een doorsnee van 4 tot 5 cm ofwel golfballen en zorgden voor schade aan auto’s. Dit ging gepaard met veel neerslag en windstoten, waardoor straten onder water liepen en bomen omvielen. Bij een weeramateur in Maasbracht werd 70 mm opgevangen en in Arcen 20 mm. Vervolgens trokken de buien met donder en bliksem in de avond en nacht verder naar Gelderland en Overijssel.
ZONNESCHIJN
De lente was zeer zonnig met over het land gemiddeld 796 uren zon tegen een langjarig gemiddelde van 567 uur. Het was daarmee de op één na zonnigste lente sinds tenminste 1965. Alleen in 2020 was het zonniger met 805 uur zon. Maart was met gemiddeld over het land 247 uren zon tegen een langjarig gemiddelde van 146 uur de zonnigste maart sinds tenminste 1965. April was ook een zeer zonnige maand met landelijk gemiddeld 261 uur zon tegen een langjarig gemiddelde van 196 zonuren. Mei was zeer zonnig met 288 uur zon tegen een langjarig gemiddelde van 225 uur.
Het
zonnigst was het aan de kust met op Terschelling 830 uren zon en het minst
zonnig was het in Brabant met in Eindhoven 747 zonuren. In De Bilt scheen de
zon 809 uur tegen een langjarig gemiddelde van 546 uur en in Berkel-Enschot
kwam het aantal zonuren deze lente uit op 769 tegen 585 normaal. Daarbij werden
er in totaal vier zonloze dagen geteld (normaal 7) en maar liefst 44 zeer
zonnige dagen tegen 23 als langjarig gemiddelde. Op maar liefst 39 lentedagen
scheen de zon in het land meer dan 80% van de beschikbare tijd. Niet eerder
waren er zoveel zeer zonnige dagen in de meteorologische lente. Het vorige
record was 36 dagen in de lente van 2020. De lente van 2022 had in totaal 31
zeer zonnige dagen. In de lijsten met de zonnigste seizoenen ooit gemeten
(waarin zowel lentes als zomers voorkomen), vinden we 2025 op de vijfde plaats.
De zomer van 1976 noteerde met 837 uur de meeste zonuren en de zomer van 2022
had 834 zonuren. De zomer van 1947 kwam op 812 uur uit, gevolgd door de lentes
van 2020 en 2025 met dus 805 en 797 uur.
Opmaat naar tropische hitte vanaf donderdag
Deze eerste Pinksterdag is met flinke buien van start gegaan en dat gaat de komende uren nog door. In de loop van de middag wordt het droog en laat de zon zich af en toe zien. Warmer dan 16 graden zal het daarbij niet worden. In de nacht naar maandag leven de buien weer op en daar kunnen we aan het begin van tweede Pinksterdag nog last van hebben. In de middag wisselen zon en wolken elkaar af en loopt de temperatuur op naar een graad of 20. Het zullen de laatste druppels zijn van deze week, want we kunnen ons gaan opmaken voor droog weer en temperaturen die gaan oplopen tot tropische waarde met mogelijk kans op een hittegolf. Op dit moment hebben we nog te maken met een depressie boven Scandinavië, maar die wordt in de loop van tweede Pinksterdag verdreven door een hogedrukgebied op de Atlantische Oceaan. Op dinsdag vecht de depressie zich terug, waardoor er meer bewolking is. Het blijft wel droog en het kwik laat nog steeds de 20 graden zien. Boven Frankrijk ontwikkelt tegelijkertijd een hogedrukgebied dat op woensdag boven de Noordzee komt te liggen. De wind draait naar het oosten met aanvoer van warme lucht en dan kan het meteen zo’n 24 graden worden. Dit gaat gepaard met een mix van wolkenvelden en zonneschijn. Vervolgens trekt het hogedrukgebied naar Scandinavië en komt de stroming op donderdag uit het zuiden tot zuidoosten met nog meer aanvoer van warme lucht. Het weerbeeld zal dan bestaan uit heel veel zon en wat sluierwolken waar de zon gewoon doorheen schijnt. Hierdoor kan het flink opwarmen en stijgt de temperatuur naar de tropische waarde van 30 graden. Op vrijdag begint het Scandinavische hogedrukgebied zich verder uit te breiden en zorgt voor rechtstreekse aanvoer van warmte vanaf de Middellandse Zee. Het wordt dan puffen geblazen want het kwik stijgt naar de 33 graden. Maar het hoogtepunt van de hitte wordt op zaterdag verwacht. Dan kan de thermometer de 35 graden(!) aantikken. We zien dan wel boven Frankrijk onweersbuien ontstaan die onze kant opkomen. Hierdoor zal het geen aangename zaterdag worden omdat de luchtvochtigheid flink toeneemt en het zwoel zal aanvoelen. In de nacht naar zondag kunnen dan de eerste onweersbuien vallen. Maar echt afkoelen doet het nog niet, want ook op zondag zal het nog tropisch zijn met kans op regen- en onweersbuien. Pas na het weekeinde zien we dat de hitte het land ons heeft verlaten.
Prettige
week!
VRIJ WARM, DROOG en ZEER ZONNIG
Mei was een zeer warme maand en werd de op vijf na warmste meimaand ooit gemeten. Daarnaast waren de eerste drie weken vrijwel droog en dat kon in de laatste week niet meer ingehaald worden. Op 24 en 27 mei viel aardig wat neerslag, maar het meest spectaculaire was de middag en avond van 31 mei toen noodweer Limburg teisterde met hagel en onweer. Tenslotte was het een zeer zonnige bloeimaand en is op plaats zes gekomen van zonnigste meimaanden ooit.
TEMPERATUUR
Met een gemiddelde etmaaltemperatuur van 14,1°C in De Bilt tegen een langjarig gemiddelde van 13,4°C was de maand vrij zacht. In het zuidoosten werd het in Eindhoven, Ell en Maastricht gemiddeld 14,8°C. Door het stadseffect kwam de gemiddelde etmaaltemperatuur in Tilburg en Berkel-Enschot uit op 15,3°C tegenover 14,7°C normaal over de periode 1998-2023. Deze is verdeeld over een gemiddelde middagtemperatuur van 21,6°C (normaal 20,2°C) en in de nachten werd het gemiddeld 9,0°C tegen 9,2°C normaal. Fris was het deze maand in het noorden, waarbij Leeuwarden en Terschelling de koudste plaatsen waren met 12,4°C als gemiddelde etmaaltemperatuur.
De maand begon zeer warm, waarbij het in Westdorpe 29,5°C werd en dat was meteen de hoogste temperatuur van de maand. Maar in grote steden was het een stuk warmer en werd in zowel Breda, Tilburg als Eindhoven de tropische grens van 30 graden gehaald! Dat zou een evenaring zijn van de warmste 1e mei ooit waargenomen, want dat staat precies op 30,0°C uit 2005 wat in zowel Eindhoven als Ell geregistreerd werd. Een dag later kregen we landelijk gezien wel de warmste 2e mei ooit gemeten. In Arcen, Ell en Eindhoven steeg de temperatuur respectievelijk naar 28,5°C, 28,5°C en 28,4°C. Hiermee werd het vorige dagrecord van 2 mei uit 1966 met 27,5°C waargenomen in zowel Soesterberg als Twenthe verdreven. Officieel werd het niet de warmste 2e mei, want in De Bilt bleef het kwik steken op 25,9°C. Het record bij het KNMI staat namelijk op 26,3°C uit 1990. Daarna draaide de wind geleidelijk naar het noorden en begonnen de temperaturen te dalen tot onder normaal voor de tijd van het jaar. Zo werd het op 4 mei niet warmer dan een graad of 15 en op Terschelling bleef het kwik steken op 11,5°C. Ook Bevrijdingsdag was met 15 graden in het midden van Brabant veel te fris. Lauwersoog en Terschelling kwamen op die dag niet verder dan zo’n 12 graden. Ook ’s nachts werd het koud, waarbij het in de ochtend van de 5e mei plaatselijk licht had gevroren. Hupsel noteerde -0,1°C, Woensdrecht -0,4°C, Deelen -1,3°C en in Twenthe werd het -1,4°C en daarmee werd de laagste temperatuur van de bloeimaand geregistreerd. Aan de grond kwam het op tien centimeter zelfs tot matige vorst: -6,5°C in Hupsel en -5,8°C in Twenthe. Een dag later werd het op neushoogte in Eelde -0,7°C en dat was de laatste keer dat het ergens in het land tot vorst kwam in de weerhut. Daar werd het aan de grond -4,3°C gevolgd door Hupsel met -1,6°C en Hoogeveen met -1,5°C. De dagen erna werd het steeds zachter en leidde tijdens de IJsheiligen van 11 t/m 14 mei tot maar liefste drie zomerse dagen van minstens 25 graden. Zo noteerde Tilburg achtereenvolgens 27,3°C (11 mei), 26,6°C (12 mei) en 25,7°C op de 13e. Vervolgens daalde de temperatuur weer tot waarden rond het langjarig gemiddelde van een graad of 20. In de nacht van 15 op 16 mei werd het helder en had het aan de grond gevroren. Woensdrecht en Eelde registreerde ieder -3,5°C gevolgd door Gilze-Rijen -3,3°C, Eindhoven en Twenthe met ieder -2,2°C, Hupsel had -2,1°C, Deelen -1,0°C. Op 19 en 20 mei steeg de temperatuur nog naar de 24 graden, maar de dagen erna moest je de jas weer aan met temperaturen die tussen de 13 en 15 graden uitkwamen. In de ochtend van 24 mei had het aan de grond wederom licht gevroren. Dat gebeurde in Hupsel, Eelde, Ell, Twente en Deelen. In Hupsel was het met -3,3°C de koudste plaats. Vanaf de 25e nam de temperatuur geleidelijk weer toe tot waarden die gebruikelijk zijn voor de tijd van het jaar. De maand eindigde met twee zomerse dagen tot 28,2°C op de laatste meidag.
De Bilt telde in deze maand twaalf warme dagen van minstens 20 graden, waarvan er drie zomers waren. Het langjarig gemiddelde is respectievelijk elf en vier. Tijdens meerdere nachten daalde temperatuur aan de grond tot onder nul. De Bilt noteerde drie nachten met vorst bij de grassprietjes. Zowel op 5, 9 als 16 mei kwam het tot grondvorst. De laagste temperatuur was -1,4°C op 9 mei. Normaal daalt de temperatuur in mei op drie nachten aan de grond tot onder nul.
NEERSLAG
Veruit de meeste regen viel in de laatste tien dagen van de maand, want daarvoor viel nagenoeg geen druppel op een enkel plaatselijk buitje of wat motregen na. Vanaf de 22e werd het wisselvalliger, met vooral op de 24e en 27e langdurig regen. Op 24 mei registreerde Tilburg 7 mm. In het Zeeuwse Wilhelminadorp werd 11 mm opgevangen, gevolgd door Hoek van Holland, Vlaardingen en Schiedam met ieder 10 mm. De dag van 27 mei was de natste van de maand, waarbij er viel gemiddeld 15 mm naar beneden kwam. Op 31 mei trokken enkele stevige onweersbuien over het (zuid)oosten van het land. Daar was sprake van noodweer toen hagelbuien het midden en zuiden van Limburg teisterden. Daar kwamen hagelstenen naar beneden met een doorsnee van 4 tot 5 cm ofwel golfballen en zorgden voor schade aan auto’s. Dit ging gepaard met veel neerslag en windstoten, waardoor straten onder water liepen en bomen omvielen. Bij een weeramateur in Maasbracht werd 70 mm opgevangen en in Arcen 20 mm. Vervolgens trokken de buien met donder en bliksem in de avond en nacht verder naar Gelderland en Overijssel.
ZONNESCHIJN
Met
gemiddeld over het land van 288 zonuren tegen een langjarig gemiddelde van 225
uur was de maand zeer zonnig. Daarmee komt het op plaats zes van zonnigste
meimaanden ooit gemeten. Elke dag liet de zon zich wel even zien, sombere dagen
waren er niet behalve op 24 mei toen rondom Tilburg de zon door het wolkendek
niet kon doorbreken. Het was daar ook de enige zonloze dag van mei. Het
zonnigst was het in het noorden van het land met op Terschelling 304 uren zon,
gevolgd door Leeuwarden en Eelde met ieder 301 zonuren. Het minst zonnig was
het in delen van Brabant en Zeeland. Zo kreeg Westdorpe maar 263 uren de zon te
zien, Gilze-Rijen 269 uur en Berkel-Enschot 271 uur (normaal 229 zonuren). Op
dat laatste station werden maar liefst twaalf zeer zonnige dagen geteld,
waarbij de zon minstens 11 uur scheen tegen zeven normaal. Van die twaalf dagen
waren er zeven dagen waarop de zon de hele dag van ’s morgenvroeg en tot ’s
avondslaat scheen. In De Bilt scheen de zon 290 uur tegen een langjarig
gemiddelde van 218 uur.
De oorsprong van Pinksteren ligt in de Mozaïsche wetten die aan het volk Israël gegeven waren na hun exodus uit Egypte. In het Bijbelboek Leviticus staat dat op de vijftigste dag, op de dag na de zevende sabbat vanaf Pesach nieuwe offers voor God moest worden gebracht, als een soort afsluiting van Pesach. Het feest werd ook wel het 'wekenfeest' genoemd. Er moesten 'eerstelingen' van de graanoogst en het vee worden geofferd en er moest een samenkomst worden gehouden en niemand mocht zijn gewone werk doen. In het christendom werd het wekenfeest 'Pinksteren' genoemd, naar het Griekse woord 'pentekostos' (=vijftigste). Tijdens het pinksterfeest wordt herdacht dat de Heilige Geest, de derde persoon van de drie-eenheid, neerdaalde uit de hemel op de apostelen. De Heilige Geest openbaarde zich zichtbaar als vuur en hoorbaar als wind. Pinksteren valt altijd op de 7e zondag na Pasen.
Als we kijken naar het weer dan heeft Pinksteren de beste weercijfers van alle feestdagen. Zon en warmte overheersen gewoonlijk met Pinksteren, waarvan de uiterste data vanaf 10 mei tot en met 13 juni liggen. Gemiddeld is deze periode de zonnigste van het jaar met dagelijks zo'n 7 à 8 uur zon (soms meer dan 15 uur, zoals vorig jaar) en een middagtemperatuur van 15 à 16 graden aan zee tot 18 à 20 graden in het binnenland. In 2008 viel deze op 11 mei en de uiterste datum van 13 juni hebben we in 1943 gehad.
TEMPERATUUR
Uiteraard kan het weer van jaar tot jaar behoorlijk verschillen, maar de kans op warm weer is in het algemeen tamelijk groot: op 55 eerste Pinksterdagen werd het in De Bilt sinds 1901 minstens 20 graden, waarvan er 18 zomers waren met temperaturen van 25 graden of hoger. De laatste tropische Pinksteren met meer dan 30 graden hadden we in ons land in 1985, toen op 26 en 27 mei temperaturen zijn gemeten van 27 tot 31 graden. Ook in 1979 (3 juni) was eerste Pinksterdag op sommige plaatsen tropisch warm, maar in De Bilt bleef het kwik steken op 29,9°C en dat tevens de hoogste temperatuur daar ooit gemeten. Op tweede Pinksterdag daarentegen werd in De Bilt een keer de tropische grens gehaald en dat gebeurde op 29 mei 1944 met 30,0°C. Gemiddeld over beide Pinksterdagen was de warmste in 1903 toen op 31 mei en 1 juni samen een gemiddelde temperatuur van 29,3°C werd gemeten. Maar koud kan het ook zijn, want op 21 van die eerste Pinksterdagen was het in De Bilt kouder dan 15 graden. Zoals in 2021 toen het kwik bleef steken op 14,9°C. Negen jaar geleden werd het op 15 mei 2016 in Tilburg zelfs 12,6°C en in De Bilt 12,1°C. Alleen op 31 mei 1936 was het nog kouder met 11,6°C. Ook in 2001 was het behoorlijk fris toen Berkel-Enschot op 3 juni 14,2°C noteerde en De Bilt 13,0°C. De laagste minimumtemperatuur ooit gemeten met Pinksteren vond plaats op tweede Pinksterdag op 1 juni 1936 toen het kwik in De Bit zakte naar 0,0°C. Voor eerste Pinksterdag staat het kouderecord daar op 0,9°C waargenomen op zowel 19 mei 1907 als op 20 mei 1956.
NEERSLAG
Voor wat betreft neerslag kunnen we zeggen dat sinds 1906 ongeveer de helft van de Pinksterdagen droog verloopt en de andere helft met wat neerslag. Volledig verregende Pinksterdagen zijn uitzonderlijk. Op slechts vijf dagen viel op eerste Pinksterdag meer dan 10 mm. De laatste keer gebeurde in 2022 (5 juni) toen De Bilt op Pinksterzondag 25,9 mm opving, waarmee het record uit 1945 met 23,3 mm uit de boeken werd geschreven. Op andere plaatsen was er op die dag sprake van een zondvloed. Het regende vanaf het middaguur tot in de avond en dat leverde indrukwekkende neerslaggegevens op: Geldermalsen 76 mm, Veghel 65, Budel 64, Waalwijk 61, Herwijnen 56, St. Hubert 54, Alterweerderheide 51, Eindhoven 48, Arcen 39 en in mijn eigen Berkel-Enschot werd 38 mm afgetapt. Op amateurstations is in de buurt van hetzelfde Geldermalsen 95 tot meer dan 100 mm gemeten. Niet normaal. Deze plens met regen zorgde voor een nieuw neerslagrecord van 5 juni, want dat stond eerst nog op 46 mm waargenomen in Deelen in 2011. Een dag later, tweede Pinksterdag, was het noorden van het land de klos. Zo kreeg Uithuizen 33 mm in de regenmeter, Terschelling 28, Leeuwarden 21, Lauwersoog 20 en Eelde 19 mm. De Bilt registreerde op die tweede Pinksterdag 11,4 mm, waardoor het totaal van Pinksteren op 37,3 mm kwam. En dat was niet genoeg om het record van 42,2 mm uit 1945 te breken, waarmee Pinksteren in zijn geheel de op één natste is geworden sinds 1901.
Ook op 13 juni 2011 (tweede Pinksterdag) kwam het met bakken eruit, waarbij 59 mm geregistreerd werd en dat is bijna de maandhoeveelheid van juni. Vaak komen enorme neerslaghoeveelheden voort uit onweersbuien na zeer hoge temperaturen. Zo zagen we dat gebeuren in 1985 (26 mei) wat ontaardde plaatselijk met tientallen millimeters regen. In 2003 passeerde op eerste Pinksterdag (8 juni) een bijzonder actieve buienlijn met onweer en zelfs windhozen. Ook op Pinksteren 2004 (30 mei) leidde het warme weer met zomerse temperaturen in het oosten tot hevige buien, waarbij plaatselijk meer dan 30 mm viel. Zeer warm weer is voor deze tijd van het jaar nog vrij uitzonderlijk en leidt gemakkelijk tot onweer.
STORM
De
waarschijnlijk slechtste Pinksteren uit de geschiedenis beleefde ons land in
1860 toen een zware storm met windstoten van meer dan 120 km/u op 26 en 27 mei
enorme schade aanrichtte. In Utrecht werden windsnelheden gemeten van 115 km/u
en in Vlissingen waaide het nog harder met 151 km/u. Het gevolg was dat een
deel van de Scheveningse vloot verloren ging. In die tijd bes
ZONNESCHIJN
De zon zien we eigenlijk altijd wel op eerste Pinksterdag. De jaren 1937, 1973 en 1992 zijn de enige uitzonderingen, waarbij deze dag in De Bilt zonloos verliep. In 1973 en 1992 werd dat wel gecompenseerd met een zeer zonnige tweede Pinksterdag, maar dat gebeurde niet in 1937 die de boeken ingaat als de somberste Pinksteren ooit waargenomen. Op tweede Pinksterdag scheen de zon namelijk 0,3 uur. Op de tweede plaats staat overigens 1965, waarbij zowel op eerste als tweede Pinksterdag 0,2 zonuren werden waargenomen en het totaal van Pinksteren op 0,4 uren zonneschijn kwam. Recordzonnig daarentegen verliepen Pinksteren 1903 en 1929 met in totaal 28,1 zonuren. Daarbij voert eerste Pinksterdag de lijst aan met maar liefst 16,4 uren zonneschijn. Vijf jaar geleden was het ook een zeer zonnige Pinksteren met in totaal 27,4 zonuren verdeeld over 15,2 uur op eerste Pinksterdag en 12,2 zonuren de dag erna. Maar wat dacht je van 2023 (28 mei): op eerste Pinksterdag scheen de zon in De Bilt 11,2 uur en een dag later 14,5 uur.
PINKSTERWEER
2015-2024
Vorig jaar viel het pinksterweer op 19 en 20 mei en die verliep op beide dagen nat met regen- en onweersbuien in de middag. In de avond van tweede Pinksterdag knapte het weer pas op. Vooral Pinksterzondag was onweersachtig met in totaal 28 donderslagen: 7 in de middag en 21 in de avond! En dag later kregen we alleen rond 15:00 uur één donderklap te horen. Daarbij werd in Tilburg op eerste Pinksterdag 8 mm opgevangen en een dag later 0,3 mm. Tussen de buien door scheen de zon op elke pinksterdag meer dan drie uur. Wat een tegenstelling met een jaar eerder toen we in 2023 op 28-29 mei één van de mooiste Pinksteren kregen. Op beide dagen wisselden zon en hoge sluierwolken elkaar af met in totaal ruim 26 zonuren. Het bleef droog en de temperatuur liep in Berkel-Enschot op naar 25,2°C op eerste Pinksterdag en 20,4 op tweede Pinksterdag. Wel stond er een matige noordenwind, kracht 4. In 2022 viel Pinksteren op 5 en 6 juni. Deze verliep ’s middags kletsnat, waarbij we alleen in de ochtend af en toe de zon zagen. Met 21,9°C was het wel een warme dag, maar op tweede Pinksterdag gingen we terug naar 19 graden. Ook toen hadden we een droge ochtend, gevolgd door regen in de middag en avond. In 2022 (23-24 mei) hadden we een tweedeling met Pinksteren. Pinksterzondag verliep droog met een afwisseling van zon en wolken. Pas in de loop van de avond begon het licht te regenen en dat hield de hele tweede Pinksterdag aan. Met 16 tot 17 graden op beide dagen was het een frisse Pinksteren rondom Tilburg. Pinksteren 2020 daarentegen behoort, net als in 2023, tot één van de mooiste ooit. Het zeer zonnige, droge en warme weer van die laatste weken wist van geen wijken en zette met Pinksteren gewoon door. Op zondag 31 mei werd het in Berkel-Enschot 23,6°C met alleen maar zonneschijn afgewisseld met sluierwolken. Een dag later werd op de eerste dag van de meteorologische zomer meteen de zomerse grens van 25 graden bereikt: 27,4°C en een dag na Pinksteren werd het op 2 juni zelfs tropisch tot 30,6°C in Tilburg. Nadeel op beide dagen was de zonkracht, want die was erg hoog waardoor je snel verbrandde. Van neerslag was geen sprake en de scheen op beide Pinksterdagen in Berkel-Enschot maar liefst 29 uur!
Zes jaar geleden startten we met een onstuimige Pinksterzaterdag, waarbij in Brabant windstoten werden geregistreerd van zo’n 70 km/uur en 90 km/u aan de kust. Maar met Pinksteren zelf (9-10 juni 2019) was het rustig en kregen we een afwisseling van wolken en zonneschijn. Op eerste Pinksterdag was het vooral sluierbewolking. Later op de dag werd deze zo dik dat er enkele druppels uitvielen. Een dag later passeerde op het einde van de middag een buienzone dat gepaard ging met onweer wat nog twaalf donderslagen opleverde. De temperaturen lagen op beide dagen boven de 20 graden met respectievelijk 22,2°C en 24,3°C. In 2018 was het tijdens de Pinksterdagen zomers warm die overigens met mist begon. Toen de zon erdoor kwam liep het kwik op eerste Pinksterzondag naar de 26,0°C. Een dag later werd het zelfs nog iets warmer met 27,7°C. Maar toen werd de warmte in de Limburgse heuvels afgestraft met noodweer: in Noorbeek viel op tweede Pinksterdag (21 mei) in korte tijd 40 mm. In Berkel-Enschot onweerde het pas laat op de avond, maar neerslag viel er niet. In 2017 (4-5 juni) was het prima weer. Het bleef op beide dagen droog en de temperatuur lag op eerste en tweede Pinksterdag op respectievelijk 21,6°C en 23,9°C. Daarbij wisselden zon en wolken elkaar af. In 2016 (15-16 mei) beleefden we daarentegen een zeer koude en natte Pinksteren. De temperaturen zakten tot 11 á 13 graden, waarbij het Pinksterweekend uitzonderlijk koel verliep. Het werd de koudste Pinksteren sinds 1951 en de op één na koudste eerste Pinksterdag ooit! Daarnaast viel er op beide dagen buien of wat lichte regen. Pinksteren 2015 kende twee gezichten. Een prachtige eerste Pinksterdag (24 mei 2015) met 13 uur zonneschijn en temperaturen die opliepen naar 22 graden. Een dag later was het echter somber en half tot zwaar bewolkt. In de nacht en ochtend viel daar wat lichte regen uit en warmer dan 17 graden werd het niet.
PINKSTERWEER
2014 - ONWEER
Elf jaar geleden beleefden we één van de warmste pinksterdagen (8-9 juni) en dat hebben we geweten. Het werd dan wel in 2014 op beide dagen meer dan 28 graden, maar het weerbeeld viel tegen. Er was veel bewolking en er vielen buien, waarvan sommige gepaard gingen met hagel en onweer. Op Pinksterzaterdag werd het in Brabant nog tropisch met bijna 31 graden. Maar de atmosfeer werd onstabiel wat gevolgen had voor de pinksterdagen. In de ochtend van eerste Pinksterdag vielen de eerste buien en in de nacht naar tweede Pinksterdag werden we wakker geschud met 14 donderslagen in Berkel-Enschot. Vervolgens trok aan het begin van de middag een onweersgebied over het midden van Brabant met tientallen donderslagen, waarbij het vijf minutenlang heeft gehageld en er zware windstoten werden geregistreerd. Noodweer dus. In de avond volgde de laatste onweersbui die 15 donderslagen telde. Kortom, het was een onweerstaanbare Pinksteren 2014.
PINKSTERWEER
2007-2013
In 2013 kregen we opnieuw twee verschillende pinksterdagen te zien. Eerste Pinksterdag (19 mei) was prima met heel veel zonneschijn en temperaturen die in de middag opliepen naar 18 tot 19 graden. Het bleef droog. In de avond werd het echter zwaar bewolkt en dat hoorde bij een neerslaggebied dat op tweede Pinksterdag over ons land trok. Alleen in de nacht naar tweede Pinksterdag viel rondom Tilburg wat regen, maar voor de rest van de maandag bleef het gewoon droog. Het was wel somber, want de zon kwam er de gehele dag niet aan de pas en het was behoorlijk koud met een temperatuur die met moeite de 13 graden haalde. Pinksteren 2012 was om door een ringetje te halen. Op beide dagen (27-28 mei) bepaalde zonneschijn het weerbeeld met soms wat hoge sluierbewolking. De kwikstanden lieten daarbij zomerse waarden zien van respectievelijk 28 en 27 graden. In 2011 (12-13 juni) hadden deze feestdagen ook verschillende weerbeelden. Op eerste Pinksterdag begonnen we nog zonnig dat langzaam overging in sluierbewolking en in de nacht gevolgd door regen. Op tweede Pinksterdag daarentegen was het meest bewolkt. Verspreid viel in het land wat lichte regen en op sommige plaatsen was het zelfs helemaal droog gebleven. De kwikstanden lagen op niveau met op beide dagen een graad of 21. De jaren 2010 en 2009 waren opnieuw mooi. In Tilburg werd het op beide dagen (23-24 mei 2010) zomers met 26,7°C bij volop zonneschijn. Zestien jaar geleden (31 mei-1 juni) was het ook erg zonnig en deze liet de temperatuur eveneens naar zomerse waarden stijgen. Op eerste Pinksterdag werd het in 2009 in Berkel-Enschot 25,2°C en een dag later werd het nog warmer met ruim 28 graden. Wel ontstond in de middag een onweersbui, maar neerslag leverde dat niet op. Ook in 2008 was Pinksteren prachtig met gemiddeld 27 graden in Tilburg. Heel anders dan in 2007 toen het sombere Pinksteren waren op 27 en 28 mei. Het was meest bewolkt weer, waaruit later op tweede Pinksterdag zelfs wat lichte regen viel. Was het op zondag nog een graad of 20, de dag erop werd het slechts 16 graden.
Dit jaar moeten we rekening houden met een koele en natte eerste Pinksterdag. Er trekken vooral in de ochtend buien over die met hagel en onweer gepaard kunnen gaan. Warmer dan zo’n 15 graden zal het niet worden. Pinkstermaandag ziet er beter uit. Op een enkele bui na blijft het droog en regelmatig zullen we de zon zien die de temperatuur naar de 19 graden zal brengen.Als St. Medardus (8 juni) zijn watersluizen openzet,
is er voor zes weken
weinig pret.
Rond volle maan (11
juni) een mistige zonsopkomst,
Ronduit wisselvallig, koud en onstuimig
Ondanks dat op 1 juni de klimatologische zomer van start is gegaan, is van zomerweer geen sprake. Integendeel, vrijwel elke dag viel er neerslag en de bewolking overheerste met af en toe wat opklaringen. Daarnaast ging het ook nog eens harder waaien. Temperaturen lagen daarbij op normaal niveau van rond de 20 graden. De dinsdag was daar echter een uitzondering op toen de thermometer in Berkel-Enschot 24 graden aangaf. Deze donderdag was een komen en gaan van buien met tussendoor wat zonneschijn. Voor het eerst deze maand haalde het kwik de 20 graden niet meer en bleef in Tilburg op 19,7°C steken. En deze afkoeling zet de komende dagen verder door tot in het Pinksterweekeinde. De komende uren en nacht zijn we nog niet van de buien af als nieuwe neerslaggebieden vanuit het zuidwesten over onze regio zullen trekken. Deze kunnen nog een tiental millimeters achterlaten. Oorzaak van het wisselvallig en koele weer is een depressie tussen IJsland en Noorwegen, waarbij de randen ervan op vrijdag boven België komen te liggen. Op vrijdagochtend hebben de buien het midden van Brabant verlaten en krijgen we een mix van zonneschijn en wolkenvelden. Temperatuur stijgt daarbij snel naar een graad of 20. Vervolgens verschijnen er stapelwolken die uit gaan groeien tot enkele buien waar een klap onweer bij kan zitten. Dit gaat allemaal gepaard met een aantrekkende wind die matig tot vrij krachtig wordt, kracht 4 tot 5.
Die windkracht houden we het hele weekeinde, waardoor het wat onstuimig wordt. Op zaterdag trekt het centrum van de depressie zich terug naar het noorden. Maar dat zal voor ons weinig veranderen. We blijven namelijk onder invloed van dit lagedrukgebied wat resulteert in een optocht van buien die in de loop van de dag plaatselijk met onweer gepaard kunnen gaan. Met amper zonneschijn wordt het niet warmer dan zo’n 16 graden en in combinatie met die stevige wind zal het nog frisser aanvoelen. Op eerste Pinksterdag komt vanaf de Atlantische Oceaan een hogedrukgebied onze kant op en duwt heel langzaam de depressie van ons af. Dit gaat gepaard met een enkele bui in de ochtend, maar al snel wordt het droog en verschijnen er opklaringen. Met maximaal een graad of 15 wordt het wel een koude Pinksterdag, vooral door de wind.
Op maandag, tweede Pinksterdag, heeft het hogedrukgebied inmiddels onze regio bereikt. De wind neemt af en op een enkel buitje na is er veel ruimte voor de zon. Meteen zien we dat de temperatuur omhoog gaat naar de 19 graden. De dinsdag geeft ons dezelfde kwikstand en wisselen zon en wolkenvelden elkaar af. Daarna stijgt bij ons de barometer doordat er boven de Noordzee een hogedrukgebied komt te liggen. Er komt nu steeds meer ruimte voor de zon en met 20 graden is het op woensdag prima zomerweer. Dat gaat op donderdag verder als het een graad of 23 wordt. De wind draait namelijk even naar het oosten, waardoor warme lucht wordt aangevoerd. Oorzaak is niet alleen het hogedrukgebied dat zich dan boven Scandinavië bevindt, maar ook een lagedrukgebied boven Frankrijk. Dit zou op het einde van de dag voor een verfrissende (onweers)bui kunnen zorgen. Maar afkoelen doet het niet, want daarna wordt het alleen maar warmer en warmer. Vrijdag de 13e wordt namelijk een zwoele dag die de temperatuur naar de tropische waarde van 30 graden gaat brengen. Of dit het begin is van een zomerse periode is nog onzeker.
Prettig
weekend!
Vanaf woensdag herfstweer
Terug naar deze eerste juni. Inmiddels zijn alle buien het land uit en wat we overhouden is veel bewolking. In de middag breekt het wolkenveld en verschijnen er opklaringen die de temperatuur daar de 22 graden zullen tillen. En dat bij een matige wind uit het westen tot zuidwesten. Op dit moment hebben we te maken met een depressie tussen Schotland en Noorwegen en deze maakt op maandag verbinding met een andere depressie bij IJsland. Samen vormen ze één groot lagedrukgebied waar we de hele week last van zullen hebben. Op dinsdag ligt deze ten noorden van Schotland, waarvan de neerslaggebieden ons in de loop van de dag ons net zullen raken. De wind draait meer naar het zuiden en neemt flink toe en wordt matig tot vrij krachtig, kracht 4 tot 5. Hierdoor wordt warme lucht aangevoerd en kan het met een graad of 25 zomers warm worden. In de ochtend laat de zon zich nog flink zien afgewisseld met hoge bewolking. Maar in de middag neemt de bewolking toe en kan er een bui vallen. Op woensdag heeft de depressie zich uitgebreid tot over de Benelux en dat betekent in dit geval veel bewolking, waaruit een enkele bui kan vallen. De dagen erna moeten we echt de paraplu erbij houden. Zo trekt op donderdag een regenzone over en kan er meer dan 10 millimeter vallen. Vanaf vrijdag tot en met eerste Pinksterdag krijgen we te maken met buien die afgewisseld worden met af en toe wat zonneschijn. Temperaturen duikelen naar beneden en komen onder de 20 graden uit. En dat is voor begin juni veel te fris, want 21 graden is normaal voor onze regio. Het ziet er naar uit dat vanaf tweede Pinksterdag hogedrukgebieden het weerbeeld gaan overnemen en deze zouden wel eens voor een zomerse periode kunnen zorgen. De Hollandse zomer is begonnen.
Prettige
week!
Voor de langste dag (21 juni), dan neemt de zee. Na de langste dag, dan geeft de zee. ‘s Nachts veel sterren aan de lucht, overd...