Het
was een bijzonder zomerseizoen en velen zullen het als een slechte zomer
ervaren. De schoolvakanties in juli en augustus vielen namelijk letterlijk in
het water en de warmte was vaak ver te zoeken. En toch beleefden we een warme
zomer die daarnaast nat en somber verliep. Opvallend in dit zomerseizoen waren
de recordwarme maand juni, inclusief regionale hittegolf, en de fikse regen- en
onweersbuien die voor hagelstenen, valwinden en soms enorm veel neerslag achterlieten
met alle gevolgen van dien. Vooral Limburg en Friesland waren daar het
slachtoffer van. Als je alle statistieken en cijfers op één hoop
gooit, was het een heel normale Hollandse zomer.
TEMPERATUUR
Met
in De Bilt een gemiddelde etmaaltemperatuur van 17,7°C tegen 17,5°C normaal was
het net iets te warm en wie had dat gedacht na de koude maanden juli en
augustus. Het antwoord is dat juni de warmste werd sinds 1901 en deze had zulke
hoge temperaturen dat het juli en augustus volledig kon compenseren.
Maar
wat een begin van de meteorologische zomer die in juni dus recordwarm was met gemiddeld
18,2°C tegen normaal 16,2°C. Het was meteen ook zomers, waarbij de eerste
junidagen met minstens 25 graden verliepen. Daarbij werd op 1 juni de eerste
officiële zomerse dag van minstens 25 graden van dit jaar genoteerd. Tot en met
de 4e hielden we die zomerse dagen en plaatselijk zelfs tropisch. In
Berkel-Enschot en Tilburg werd op 2 juni zelfs de eerste tropische dag van 2021
geregistreerd: 31,6°C. Daarna kwam de afkoeling en dook het kwik vrijwel overal
onder de 20 graden. Aan de kust was het gewoon koud met op de 5e nog geen 15
graden; Wijk aan Zee was de koudste plaats met 13,8°C. Deze koelte duurde
echter niet lang, want een dag later werd vooral in het zuiden en midden van
het land de 20 graden overschreden. Opvallend daarbij is dat het in de nacht
van 12 op 13 juni nog flink afkoelde doordat het daar helder werd. In Twenthe zakte het kwik naar 4,8°C, en daarmee was het
de laagste minimumtemperatuur van deze zomer, en in Eelde naar 5,5°C. Aan de grond had het zelfs gevroren! Op tien
centimeter hoogte wees de thermometer in Twenthe een waarde aan van -1,3°C.
Hupsel had nog 0,0°C en Eindhoven beleefde aan de grond ook een koude nacht met
0,7°C.
Vanaf de 16e stroomde zeer warme lucht het land binnen. Zo noteerde Ell op de 16e 31,6°C een evenaring van het warmterecord van
16 juni. Een dag later werd het dagrecord gebroken en dat gebeurde door maar
liefst vijf weerstations, waarbij Hupsel het record nu heeft met 34,0°C gevolgd door
Twenthe en Eelde met respectievelijk 33,8°C en 33,6°C. Het zijn meteen ook de hoogste maximumtemperaturen van deze zomer. Tilburg
en omstreken hadden een maximum van 32,1°C. In De Bilt steeg het kwik voor het
eerst dit jaar over de 30 graden en dat betekent de eerste officiële tropische
dag van het jaar. Twee dagen achtereen met zulke hoge temperaturen leveren zeer
warme nachten op. Zo bleef het kwik in de nacht van 16 op 17 juni in Cabauw en
in heel Zeeland boven de 20 graden en dan spreken we van een tropennacht. In
Vlissingen werd het zelfs niet kouder dan 21,2°C en in Brabant bleef het in
steden beperkt tot een graad of 19. De warmste nacht was die van 18 juni toen
het kwik in Maastricht op 21,5°C bleef steken. Regionaal kwam het zelfs tot een
hittegolf, waarbij minstens vijf zomerse dagen achtereen zijn waargenomen met
daarin drie tropische dagen. Dat gebeurde onder andere in Berkel-Enschot en
Tilburg (13-18 juni), Eindhoven en Gilze-Rijen (14-18 juni), Ell, Maastricht en
Arcen (14-20 juni) en tenslotte in Hupsel en Twenthe (16-20 juni). Bij de start
van de astronomische zomer op 21 juni was de warmte voorbij en werd het gewoon
koud met 13 graden op de Waddeneilanden tot 18 graden in Limburg. Het was de
start van de jaarlijks terugkerende Schaapscheerderskou en deze duurde tot en
met de 25e. Daarna liepen de temperaturen weer op tot plaatselijk zomerse
waarde. Maar op de laatste junidag kwam koude lucht het land binnen en werd het
niet warmer dan een graaf of 16.
Juli
zette de koelte voort, waarbij Arcen op 1 juli slechts 14,4°C noteerde gevolgd
door Ell met 15,1°C en Berkel-Enschot en Volkel met ieder 15,6°C. Sinds 2002 is de start van de hooimaand in het
midden van Brabant nog nooit zo koud geweest. Daarna wisselde warme en koele
dagen elkaar af. Soms werd het 25 graden en op andere dagen dook het kwik tot
onder de 20.
Het zuiden en zuidoosten beleefden van 17 t/m 23 juli een zomerse periode met
kwikstanden die in Berkel-Enschot elke dag boven de 25 graden uitkwamen. In
Tilburg en Arcen werd het op 18 juli respectievelijk 28,8°C en 28,0°C. In het
oosten waren de nachten fris en kon het onder een heldere hemel flink afkoelen.
Ze werd het in de vroege ochtend van 23 juli in Twenthe 6,8°C. Niet alleen de
nachten koelde af, dat gebeurde ook overdag. Temperaturen zakte vanaf de 24e
namelijk terug naar 21 tot 24 graden in het zuiden tot een graad of 19 langs de
kustgebieden. Alleen op 25 juli werd het nog heel even zomers warm met ruim 27
graden in Berkel-Enschot, Volkel, Arcen en Hupsel.
Net
als juli begon ook augustus onder de maat met op veel plaatsen kwikstanden
onder de 20 graden en zelfs tot 18 op de Waddeneilanden. Daarna werd het warmer
met op 5 augustus in Zeeland en Brabant temperaturen van 24 tot 25 graden. Van
11 tot en met 15 augustus beleefden we even een warme periode: Arcen noteerde
op de 15e 27,6°C. Eindhoven had 27,5°C, Volkel 27,2°C en Maastricht en
Westdorpe hadden ieder 27,0°C. In het oosten en zuiden werd het dus zomers
warm. In De Bilt kwam de temperatuur alleen op 12 augustus boven de zomerse grens
uit met 25,2°C. Sinds 1993 was de warmste augustusdag van de maand in
De Bilt niet zo koud. Daarna volgde vanaf de 16e een week met koel weer. De gemiddelde middagtemperatuur lag in Berkel-Enschot op 18,5°C, terwijl
zo’n 24 tot 25 graden normaal is voor de tijd van het jaar. Het dieptepunt was
wel de 17e toen de thermometer in de middag slechts 14 graden aangaf en het
uiteindelijk tegen de avond nog 16,5°C werd. In heel Brabant was het gewoon
koud: Eindhoven en Volkel noteerde ieder 16,8°C, Gilze-Rijen 16,3°C en de
laagste temperatuur werd gemeten in Woensdrecht waar het slechts 15,7°C werd.
Voor dat laatste weerstation leverde dat niet alleen een nieuw dagkouderecord
op, maar was het ook de op twee na koudste 17e augustus ooit waargenomen in
Brabant. Om het anti-zomerweer van die week compleet te maken viel er op elke
dag wel buien of motregen. Pas vanaf de 20e werd het wat warmer, waarbij in
Brabant en Limburg de temperaturen de zomerse maxima weer haalden van 25 graden.
Het bleek de laatste zomerse dag van het zomerseizoen te zijn, want daarna
lagen de temperaturen rond en soms onder normaal. De nachten koelde onder een
heldere hemel flink af, waardoor de temperatuur in Twenthe op de 25e kon zakken
tot 6,0°C. Op de 29e haalden de thermometers geen hogere waarden dan 17 tot 18
graden en in Maastricht werd het zelfs maar een graad of 16. Uitzondering was
het Groningse Nieuw Beerta waar het bijna 20 graden werd.
De
Bilt noteerde deze zomer in totaal 60 warme dagen (normaal 64), waarvan er 17
de zomerse grens van 25 graden overschreed (normaal 22) en werd er maar één
tropische dag van 30 graden genoteerd tegen normaal 5. In Berkel-Enschot was
het stukken warmer. Daar werden 77 warme dagen genoteerd, waarvan er 35 zomers
waren en 5 tropisch. De gemiddelde etmaaltemperatuur kwam uit op 19,0°C tegen
18,7°C normaal en ook hier konden we nog net een warme zomer noteren. De
hoogste temperaturen voor zowel overdag als nacht werden op 18 juni bereikt. Zo
daalde het kwik in de nacht van 17 op 18 juni niet verder dan 19,3°C en overdag
steeg de temperatuur naar de 33,0°C. De koudste zomerdag was die van 1 juli
toen het in Tilburg niet warmer werd dan 15,6°C. De dag ervoor was het op 30
juni al 16,0°C. De koudste zomernacht vond plaats in de recordwarme maand juni:
in de vroege ochtend van 13 juni daalde het kwik namelijk tot 7,6°C.
NEERSLAG
Met landelijk gemiddeld 244 mm tegen normaal 224 mm was de zomer aan de natte
kant. De neerslag was ongelijkmatig over de tijd en het land verdeeld. Op de
KNMI-neerslagstations viel in deze zomer op tien dagen ergens in Nederland
minimaal 50 mm regen en dan spreken we van zware neerslag. Het natst was het in
het zuiden van Limburg en Friesland. Landgraaf kreeg 476 mm gevolgd door
Ubachsberg met 431 mm. Daarnaast noteerde het Friese Bergum 406 mm, Eernewoude
420, Vijlen 397, het Drentse Rolde had nog 388 mm en Beek (Maastricht) kreeg 386
mm te verwerken. Brabant en Utrecht hadden de droogste plaatsen: Nieuwegein
registreerde 160 mm, Kamerik 164, Woensdrecht 172, Vierlingsbeek 175, Sint
Hubert 190 en Etten-Leur had 193 mm. Overigens waren de natste Brabantse
stations in deze zomer Prinsenbeek met 272 mm en Berkel-Enschot waar 251 mm
werd opgevangen. Bij dat laatste weerstation werd op 33 dagen minstens één
millimeter neerslag opgevangen, waarvan op 7 dagen minstens 10 millimeter. De
natste zomerdag was die van 15 juli toen 61,5 mm werd afgetapt. De neerslag
viel deze zomer vaak in de vorm van buien. Op 12 dagen ging deze in
Berkel-Enschot gepaard met donder en bliksem.
Op
3 juni trokken zware onweersbuien over het land, waarbij in Epe 90 mm werd afgetapt, in Deelen 69 mm en ten
zuiden van Assen kwam 78 mm aan neerslag naar beneden. Een dag later
trokken plensbuien met onweer van zuid naar noord over het land, waarbij Deelen, Oosterbeek en Epe bijna 50 mm opving en Gemert had nog 43 mm in
de regenmeter.
Een dag later (5 juni) bleven deze buien lang in het noorden van het land
hangen, waarbij in Oudemirdum 62 mm werd geregistreerd met wateroverlast
tot gevolg. Deze buien kwamen via België het land binnen en
trokken zo naar Friesland. De regen kwam er met bakken
uit, waarbij in korte tijd 30 tot 35 mm naar beneden kwam. Ondergelopen straten
en kelders waren het gevolg. Luijksgestel, Eindhoven en vooral Bergeijk werden
getroffen. Boven Eindhoven werd een selfcloud ofwel rolwolk waargenomen. In
Zaltbommel liepen straten onder omdat daar 42 mm naar beneden kwam in korte
tijd. Vervolgens trokken de buien verder naar het noorden. In de nacht
van 17 op 18 juni ontstonden fikse onweersbuien en gingen gepaard met zware windstoten. In Berkel-Enschot werd 20 tot 21
mm opgevangen en in Oirschot was veel schade door omgevallen bomen. Toen volgde
een broeierige 18e juni en dat gaf zoveel energie dat de atmosfeer explosief
werd met code geel en oranje als gevolg. Het resultaat was stortbuien, zware
windstoten, zwaar onweer, hagelstenen tot wel 4 cm en een enorme valwind.
Leersum kreeg te maken met deze valwind, waarbij een aantal woningen onbewoonbaar
is geworden. Dan vervolgens de neerslag die voor ondergelopen straten en
kelders zorgde. In Wijk aan Zee werd in korte tijd 90 mm opgevangen, Alkmaar
had 94 mm en in Bergen was het helemaal kletsnat: 114 mm. Vervolgens gaan we
naar Oosterwolde waar een aantal elektriciteitsmasten tegen de grond ging.
Hagelstenen van 2 tot 4 cm kwamen in het Drentse Hollandscheveld naar beneden. Op 19 juni werd
vooral het westen getroffen door onweersbuien en veel neerslag in korte tijd.
Langs de westkust werd op veel plaatsen tussen 40 en 50 mm afgetapt. In Wijk aan
Zee viel in drie dagen tijd 134,4 mm. De daarop volgende dag viel in de regio Twenthe zo’n 50 millimeter. Na al deze buien volgde op 21 juni in
het hele land een natte druilerige dag. In Berkel-Enschot viel 18 mm, maar in het oosten leek het wel of de hemelsluizen opengingen: 63 mm in Borculo,
60 mm in De Lutte en 47 mm in Hupsel en Twenthe. Ook de dagen daarna bleef het
wisselvallig met regelmatig buien die lokaal veel neerslag veroorzaakten. Op 27
juni noteerde Wilhelminadorp 48 mm en op 28 juni kreeg het Overijsselse Onna 71 mm te verwerken, Steenwijk had 47 mm en Ruinen 45
mm. Op
29 juni was opnieuw code oranje uitgegeven en deze keer alleen voor Limburg. De
rest van het land bleef op code groen en dat was heel opvallend. Dat kwam omdat
onweersbuien in Zuid- en Midden-Limburg lange tijd boven dezelfde plek bleven hangen
en voor grote hoeveelheden neerslag en overstromingen zorgden. In Maastricht werd 87,2 mm opgevangen, waarvan 22,2 mm in slechts tien
minuten! Het werd dan ook de natste 29 juni ooit waargenomen sinds 1901.
Daarnaast komt het op de 4e plaats van natste junidagen ooit. In de Limburgse
hoofdstad is nog nooit zoveel neerslag gevallen sinds 1901. Zowel het dag,- maand-
als jaarrecord gingen eraan. Maar het kan nog gekker, want we hebben het hier
over een KNMI-station. Maar er zijn nog meer neerslagstations. Zo viel in
Montfort 91 mm en rondom Eygelshoven werd meer dan 100 tot 120 mm afgetapt.
Opvallend is dat in de ochtenduren het Noord-Hollandse Hoorn al 51 mm te
verwerken kreeg.
Juli
kenmerkte zich door het veelvuldig voorkomen van zware buien die plaatselijk
veel neerslag in korte tijd loslieten. Op het einde
van 3 juli vielen stevige regen- en onweersbuien en lieten in het noorden en oosten een flinke som water achter. Zo werd in
Hengelo 62 mm afgetapt, Oudleusen had 53 mm, Uithuizermeeden 50, Giethoorn 49
en Hattemerbroek ving 47 mm op. Ook op 4 juli vielen forse buien en zorgde voor plaatselijk
wateroverlast in het (noord)oosten. In Friesland en Overijssel viel lokaal meer
dan 50 mm in slechts enkele uren tijd. In de avond van 10 juli kregen Breda en Eindhoven te maken met plensbuien
waar respectievelijk 30 en 17 mm uitviel. Vervolgens kwamen we onder
invloed van een actief hoogtelaag boven Frankrijk dat geleidelijk richting
Duitsland trok en er voor zorgde dat een zone met buiige regen en onweersbuien
op 13 en 14 juli zou blijven slepen boven het zuidoosten en oosten en op de 15e
ook boven het midden en zuiden. In Zuid-Limburg
viel in 48 uur tijd plaatselijk meer dan 150 mm (Schaesberg 158 mm en
Ubachsberg 182 mm), ruim twee keer de normale maandhoeveelheid, waarvoor het
KNMI al op de 12e een code oranje uitgaf en op 14 juli (en in de nacht van 15
juli) zelfs een code rood (weeralarm) werd uitgegeven. De gevolgen waren dan
ook groot; verschillende dorpen aan de Geul en de Gulp werden overspoeld,
Valkenburg werd heel zwaar getroffen, en ook noordelijker langs de Maas moesten
mensen worden geëvacueerd. De schade van het noodweer in Nederland wordt
geschat op meer dan 1,8 miljard euro. Op de 15e viel er in een smalle strook
over Gelderland, Utrecht en Noord-Brabant ook nog eens 50 tot 75 mm, lokaal zelfs
bijna 100 mm. Op de 24e kregen we te maken met stevige regen- en onweersbuien
vanuit het zuiden dat naar het noorden trok en daar opnieuw voor veel neerslag
zorgden. Vooral
Friesland kreeg het zwaar te verduren met wateroverlast tot gevolg. Zo werd er
in Kootstertille 143 mm afgetapt, Suameer had 106 mm en in Buitenpost werd 106
mm opgevangen. Vervolgens had Bovensmilde 53 mm, Leeuwarden 46 en in Zuidhorn
zagen ze 43 mm in de regenmeter.
Op
de eerste dag van augustus kregen we te maken met felle regen- en onweersbuien en deze trokken in de ochtend
het land in en hadden in Friesland al voor enorme wateroverlast gezorgd. Daar
werd in een paar uur tijd 70 tot 100 mm opgevangen: Wolvega meldde 72 mm en
Oldeholtpade 96 mm. In Berkel-Enschot kwamen de buien in de middag waar
10 mm viel, Heusden had 18 mm en Schiphol ving 31 mm op. Het KNMI had dan ook
code geel afgekondigd voor deze dag. Op de 7e passeerde aan het begin van de
avond een lijn met
onweersbuien Tilburg en omstreken wat nog 14 donderslagen opleverde. Daarbij
werd slechts 2 mm opgevangen. Maar in andere plaatsen was sprake van hoosbuien.
Zo ving Volendam binnen een uur 17 mm op. In de nacht naar 8 augustus viel er
ook nog een aantal buien, waarbij in het Utrechts Odijk binnen twaalf uur in
totaal 35 mm werd afgetapt. Vlissingen, Herwijnen en Leeuwarden hadden ieder 25
mm in de regenmeter, Gilze-Rijen 8 en Eindhoven 12 mm. Daarna werd het wat
rustiger, maar vanaf
de 16e werd het opnieuw wisselvallig met vooral in het noordelijk kustgebied
plaatselijk flink wat neerslag, met name op 21 augustus. In de loop van de avond naderde vanuit het zuidwesten
een regenzone wat gepaard ging met een enkele onweersklap. Daarbij werd in Berkel-Enschot
in totaal 12 mm opgevangen; Eindhoven had nog 17 mm. Vervolgens trok die
neerslagzone verder naar het noorden en zorgde daar voor nog meer neerslag. In
het Drentse Havelte werd 36 mm opgevangen, gevolgd door Diever met 28 mm, De
Wijk had 26 mm en in Hoek van Holland, Stavoren en in de Noordoostpolder werd
nog 24 mm afgetapt. En in het noorden van het land kwam op de 22e nog een bak
met regen bij. In
Friesland viel 50 mm tot plaatselijk meer dan 100 mm met wateroverlast tot
gevolg. Ook in een strook over het midden viel 20 tot 40 mm. Het KNMI had dan ook voor die regio’s code geel
uitstaan.
ZONNESCHIJN
Met
landelijk gemiddeld 618 uren zon tegen een langjarig gemiddelde van 640 uur was
de zomer aan de sombere kant. Deelen had met 565 uur de minste zonuren en in
Stavoren was het zonnigst met 691 uur. Berkel-Enschot registreerde 602 zonuren
tegen 643 normaal (periode 2000-2020). In totaal werd op dat station in deze
zomer 7 zonloze dagen geteld (normaal 4) en 18 zeer zonnige dagen waar de zon
minstens 80% van het maximum aantal uren scheen tegen 15 dagen normaal.
De meeste mensen zullen deze zomer als somber
hebben ervaren, natuurlijk vooral doordat de vakantieperiode voor velen toch
wel tamelijk grijs en grauw is verlopen. De enige écht zonnige periode was te
vinden half juni, samen met de hitte, al was ook de periode van 16 t/m 23 juli
best zonnig. Augustus kende helemaal geen zonnig tijdvak, hooguit enkele
'losse' dagen die vrij zonnig zijn verlopen. Geheel zonloze dagen waren er
echter genoeg, met name in het noorden en oosten van het land.